Wat is een vlooientheater?
Vlooien zijn lastige beestjes, die katten, honden en mensen jeuk bezorgen. Er zijn verschillende manieren om ze te bestrijden, maar vroeger werden vlooien ook nog wel eens gebruikt om een vlooientheater mee te runnen. Het ging om mensenvlooien en er bestonden zelfs vlooientheaters waar vlooien hun kunsten vertoonden. Dankzij het vlooientheater konden mensen de voorstelling van de vlooien bekijken, tegen betaling. Vlooientheaters zijn tegenwoordig zeldzaam. Wat is een vlooientheater?
Een
vlooientheater is een klein (draagbaar) theater waar
vlooien ‘kunstjes’ vertonen. Tegenwoordig zijn er nauwelijks nog vlooientheaters. Eigenlijk kan men het beter een vlooiencircus noemen, want de vlooien balanceren over koordjes, trekken karretjes of koetsjes voort en schieten balletjes in een doel. Sommige vlooien hielden (of houden) voorwerpen draaiende, zoals draaimolentjes. Weer andere houden 'zogenaamd' een parasolletje vast. In het oorspronkelijke vlooientheater was alles klein. Mensen moesten vaak met een vergrootglas 'de show' bekijken. De vlooien leken getraind, maar feitelijk waren zij zich zelf niet bewust van hun kunsten.
Een vlooientheater zag je vroeger regelmatig. Ze verschenen in de vorige eeuw, vanaf het jaar 1835 ongeveer. Vlooientheaters werden populair en waren regelmatig op kermissen en op markten te zien. Het was voor iemand die een vlooientheater begon, niet duur om een vlooiencircus te starten. Vlooien zijn gratis en men had aan een klein theatertje, in de maat van een schooltas, al genoeg. Het was dus een aparte manier om geld te verdienen.
Vlooien trainen
Vlooien kunnen niet echt getraind worden, dus de kunstjes die ze vertoonden kwamen meer tot stand door de handigheid van de eigenaar van het theater, dan door de intelligentie van de vlooien. Bepaalde vlooien werd het omhoog springen echter wel afgeleerd, door ze in steeds kleinere doosjes te stoppen. Anders zouden koetsjes hobbelen in plaats van voorgetrokken worden. De springvlooien werden gebruikt om bijvoorbeeld een bal af te schieten. De vlo sprong, maar de bal zat met een fijn draadje aan zijn lichaam vast en vloog dus met de vlo mee. Zo leek het net alsof de vlo een bal in een doel schoot. Er waren in de vorige eeuw nog enkele vlooientheaters actief. Een van deze vlooientheaters kwam uit Duitsland en was te zien in een speelfilm uit 1973 van Thomas Koerfer ‘De Dood Van de Vlooientheaterdirecteur.’ Het andere vlooientheater kwam uit New York en was in 1969 te zien in de speelfilm
Easy Rider.
Mensenvlooien
Voor vlooientheaters werden de (vrouwtjes van) de mensenvlo gebruikt, en de vlo van de egel. Alle andere vlooien zijn (en waren) te klein om mee te werken. De mensenvlo was groter dan de gewone vlo, maar deze vlo is inmiddels zeldzaam geworden. De
Vlooien in een vlooientheater hadden een kort leven. Als ze het springen afgeleerd was, hadden ze vaak nog maar korte tijd om op te treden. Dan was hun leven alweer om. Een vlo kan namelijk maximaal maar een jaar oud worden.
Dierenvlooien
Vlooien van dieren werden en worden niet gebruikt om te trainen. Ze zijn te klein en voor publiek niet goed zichtbaar.
Vlooientheater
Het vlooientheater was een miniatuur theater waar bezoekers met een vergrootglas naar de 'kunsten' van de vlooien konden kijken. De vlooien trokken karretjes voor, liepen over een koord, zaten in draaimolentjes, en voerden capriolen uit. De vlooien zelf waren zich dit niet bewust. De eigenaar van het vlooientheater manipuleerde de voorwerpen bijvoorbeeld zo dat de vlooien gewoon pogingen deden om weg te komen, maar ondertussen met een vastgeplakt draadje een karretje voortrokken terwijl ze dat zelf niet doorhadden.