Dieren EHBO: Obstructie door vreemde voorwerpen

Er zijn een aantal redenen waarom honden en katten vaak voorwerpen in hun bek nemen en er op kauwen: uit nieuwsgierigheid, om te proberen iets, dat in hun bek vast zit, zo kwijt te raken, als ze smaak lekker vinden, om hun tanden te reinigen en uit louter verveling. Ze spelen met speelgoed, ballen en stokken vaak leuke spelletjes met hun baas. Evenals babies maken pups en kittens een stadium door waarin hun tanden en kiezen doorkomen (tussen 6 weken en 6 maanden). Door het kauwen op harde voorwerpen wordt het tandvlees gemasseerd en dit verlicht het ongemak, dat dit normale proces met zich meebrengt enigszins.
Door hun natuurlijke nieuwsgierigheid en de behoefte om te knagen, zijn vooral de jonge huisdieren vaak het slachtoffer van een vreemd voorwerp dat verstopping veroorzaakt. Misschien gedraagt ouder dier zich verstandiger en rustiger.

Oorzaken

• Een stok of stuk bot kan tussen twee tanden of kiezen ingeklemd zitten.
• Scherpe voorwerpen (naalden, spelden, vishaken, visgraten, karbonade- of kippeboutjes) kunnen binnendringen in de tong, keelholte, darm- of endeldarmwand.
• Ronde voorwerpen, die klein genoeg zijn om een deel van het spijsverteringskanaal te passeren kunnen vastlopen in de keel, maag of dunne darm. Stenen, ballen, noten, stukjes bot, speelgoed of zelfs stukjes touw of stof kunnen deze problemen geven. Het grootste gevaar geeft een vreemd voorwerp, als het een volledige verstopping veroorzaakt vooral achter in de bek, waardoor de ademhaling belemmerd wordt.
• Het komt een enkele keer voor dat voorwerpen zoals bijv. een stok uit wreedheid of door een sadistisch persoon in de oren, neus, anus of vagina van een dier worden gestoken.

Verschijnselen

In de bek

• Overvloedig speekselen.
• Het dier krabt met de voorpoten aan de bek en schuurt met de bek langs de grond.
• Continue bewegingen van kaken en tong.
• Het dier maakt slikbewegingen alsof het het voedsel niet weg kan krijgen en snakt soms naar adem (een voorwerp dat achter in de keel vastzit kan verstikking veroorzaken).
• Tong en mondslijmvliezen zijn blauw van kleur (door belemmering van de ademhaling).
• Moeite met slikken (het dier wil soms wel eten, maar weigert het voedsel omdat het slikken pijnlijk is).

In de slokdarm

• Speekselen en slikken.
• Het dier weigert voedsel of braakt het direct na opname weer Uit.

In maag of darm

• Buikpijn en bloederig braaksel (als het een scherp voorwerp is).
• Voortdurend braken, sufheid en shock (als een voorwerp een verstopping veroorzaakt, moet u direct de dierenarts inschakelen, die het meestal operatief zal moeten verwijderen).
• Een vreemd voorwerp kan vrij lange tijd in de maag van het dier zitten zonder méér last te veroorzaken dan af en toe braken. Onder invloed van de verteringssappen kan een voorwerp zoals een rubber bal na enkele dagen gaan opzwellen of van vorm veranderen.
• Het zinklood van een vishengel kan, als het wat langer in de maag zit voor een deel geabsorbeerd worden en zo loodvergiftiging veroorzaken.
• Andere voorwerpen, zoals stukjes bot of zachte dingen worden soms gewoon verteerd en verlaten de darm met de ontlasting.

In de endeldarm

• Hevige pijn als het dier zijn ontlasting tracht kwijt te raken (veroorzaakt door een scherp voorwerp).
• Bloed in de ontlasting, het dier likt zijn anus of het gebied onder de staart (door naalden, veiligheidsspelden of vishaken).