West-Nijl Koorts: potentieel fataal voor mens en paard
Het West-Nijlvirus is een virusziekte dat voorkomt bij trekvogels. Het virus wordt overgebracht door bepaalde muggensoorten. Deze prikken de gegeïnfecteerde vogel en kunnen zo het virus overdragen op de mens of andere zoogdieren, zoals het paard. Het West-Nijlvirus (WNV) komt al meer dan 50 jaar in Europa voor. In de landen rond de Middellandse Zee wordt de ziekte regelmatig gediagnosticeerd. Mensen die in deze gebieden, waaronder Italië en Griekenland, op vakantie zijn geweest mogen gedurende 28 dagen na terugkeer in Nederland niet functioneren als bloeddonor.
De West-Nijlkoorts is geen onbekende in Europa en het mediterrane gebied. De ziekte wordt al meer dan 50 jaar onderkend, met name in het gebied rond de Middellandse zee.
Een WNV infectie kan zeer onplezierig zijn, zelfs fataal voor zowel paarden als mensen. Recente uitbraken, in Oostenrijk, Griekenland, Hongarije en Italië, zowel in Marokko, als recent nog in Portugal, ondersteunen het gevoel dat het virus vaker voorkomt en meer virulent wordt.
Overbrengers
Vogels zijn de dragers, de culex mug de vector, de mug bijt de geïnfecteerde vogel en daarna een paard en draagt zo het virus over. er is nog geen specifieke therapie tegen de ziekte. Het plotseling sterven van grote hoeveelheden (trek) vogels kan een aanwijzing zijn voor de aanwezigheid van de ziekte in een bepaald gebied.
Symptomen bij de mens
Tussen 2 en 14 dagen - bij de meeste mensen tussen 2 en 6 dagen- na de beet van een met het virus besmette mug kunnen symptomen optreden. Bij het merendeel van de mensen verloopt een besmetting echter geheel symptoomloos. Een kleine minderheid van de besmette mensen vertoont wat griepachtige verschijnselen, zoals koorts (>39 graden), hoofd- en spierpijn en maagdarmklachten. Huiduitslag en vergrootte lymfeklieren kunnen ook tot dit beeld, de West-Nijlkoorts, behoren. Deze klachten zijn over het algemeen binnen een week weer verdwenen. Een enkele keer verloopt de ziekte ernstiger, waarbij neurologische verschijnselen op de voorgrond staan. Deze klachten kunnen uitmonden in een coma. De ziekte kan ook langetermijnklachten geven, zoals extreme moeheid, terugkerende loopproblemen of klachten met het geheugen of de concentratie. Na het doormaken van een infectie treedt over het algemeen een blijvende immuniteit tegen de ziekte op.
Symptomen bij het paard
Ook geïnfecteerde paarden vertonen in de meerderheid van de gevallen (90% of meer) geen klachten. Er kan echter koorts ontstaan en de ziekte kan ook bij paarden na de hersenen overslaan en een hersenvliesontsteking veroorzaken. Een gebrek aan eetlust, sloomheid en een afwijkend gedrag kan ook behoren tot de symptomen. Ongeveer 1% van de mensen zal ernstige symptomen van een infectie vertonen, bij paarden ligt dit getal veel hoger. Maar liefst 10% van de besmette paarden zal ernstig ziek worden van het virus. Ongeveer 1/3 hiervan raakt verlamd en overlijdt uiteindelijk. De rest herstelt geheel of gedeeltelijk na ongeveer een week. Een specifieke therapie tegen de ziekte is niet voorhanden. WNV is een aangifteplichtige ziekte.
Preventie
Om te voorkomen dat je West-Nijlkoorts oploopt is het nodig dat muggenbeten worden voorkomen. Dit kan door de huid in te smeren met een middel dat muggen weert. Een standaard muggenmelk voldoet echter niet, hiervoor dient het middel diethyltoluamide (DEET) te bevatten. Ook het bedekken van het lichaam gedurende tijden dat muggen het actiefst zijn - in de ochtend- en avondschemer en tijdens de vroege avond- is van belang. Er zijn echter ook muggensoorten die overdag al actief zijn. Het slapen onder een geimpregneerde klamboe, of in een muggenvrije ruimte (airconditioning) is aan te raden. Voor paarden is vaccinatie is de enige beschermingsmogelijkheid.