Winterpoten... hoe je je dieren voorbereidt op de winter
Winterpoten en een bevroren staart.... Zodra het winter wordt, het koud begint te worden en er zelfs sneeuw valt zijn er een aantal zaken waar je als diereigenaar op moeten letten zodat ook je dieren winterklaar zijn!
Hoewel de winter van velen niet het favoriete jaargetijde is, kunnen de meeste mensen een mooie winterdag met een dik pak sneeuw, een stralend blauwe lucht en een heerlijk zonnetje nog wel waarderen. Dat zijn ook ideale weersomstandigheden voor een lekkere lange wandeling met de hond, die meestal behoorlijk uitgelaten wordt van dat witte goedje aan zijn pootjes. De meeste honden vinden het ook heerlijk om in de sneeuw te happen en sommigen kunnen er ook behoorlijk van eten maar moeten dat vaak bekomen met een fikse buikpijn. Is uw hond zo’n ‘sneeuweter’ probeer dat dan zoveel mogelijk te voorkomen.
Zonder jas naar buiten
De meeste honden in ons land hebben gelukkig een behoorlijk dikke vacht waardoor ze zonder problemen een tijdje in de vrieskou kunnen rondlopen. Er zijn echter hondenrassen met een afwijkende vacht, die wel gevoelig zijn voor de kou. Met honden zonder ondervacht- zoals de Maltezer-, honden die (bijna) kaal zijn- zoals de Mexicaanse naakthond-, geschoren honden en honden die nog nooit buiten zijn geweest- zoals jonge puppy's-, moet u vanzelfsprekend oppassen. Bij extreme kou dient u de tijd die deze dieren buiten doorbrengen zoveel mogelijk te beperken. Bovendien is het belangrijk dat deze dieren buiten in beweging blijven; dus het praatje met de buurvrouw, terwijl de hond aan de riem staat te wachten –en af te koelen- kunt u beter even overslaan. Energie kwijtraken kunnen deze dieren ook binnen als u met de bal speelt of speurspelletjes doet. Daarnaast zijn er ‘jasjes’ te koop die de hond lekker warm houden en die bij de eerder genoemde honden in barre weersomstandigheden echt noodzakelijk kunnen zijn.
Natte kou
De combinatie vocht, kou en wind levert grotere problemen op dan droge kou alleen. Een natte vacht zorgt ervoor dat elke hond –zelfs die met een dikkere vacht- behoorlijk snel afkoelt. Beperk daarom de tijd dat u met uw hond buiten loopt in deze weersomstandigheden. Voor alle honden geldt dat u bij sneeuw en ijzel de voetzolen eens extra moet nakijken. Sneeuw kan aan de lange haren tussen de zoolkussens ijsklompjes vormen. Dat loopt niet alleen ongemakkelijk maar kan ook behoorlijk pijnlijk zijn. Door tijdig en regelmatig de lange haren tussen de zoolkussens weg te knippen voorkomt u dit probleem. Let ook op de huid van de zoolkussens zelf en smeer die in de winter regelmatig in met een beetje vaseline. Dat houdt de zoolkussens zacht en voorkomt scheurtjes en kloofjes. Bij gladheid wordt er meestal flink gestrooid met strooizout. Door over straat te lopen komen hondenvoeten in aanraking met de pekel en dat heeft een bijtend effect, met name in de open kloofjes. Een extra lik vaseline voor de wandeling op de voetzolen houdt de pekel op een afstand en voorkomt zo pijn en kreupelheid.
Winterpret voor de kat
Wat voor de hond geldt, geldt in grote lijnen ook voor de kat. Alleen zullen de meeste katten niet zo snel de buitenlucht opzoeken met heel slecht weer. Toch is het niet onverstandig de weersvooruitzichten in de gaten te houden als u katteneigenaar bent. Heeft u bijvoorbeeld een kat die graag de hele dag buiten is terwijl u –buitenshuis- aan het werk bent? En kan deze kat niet zelf naar binnen via bijvoorbeeld een kattenluik? Of zit de kat regelmatig zo nat als een ‘verzopen kat’ voor uw huis te wachten tot u thuis bent? Dan kan het onverstandig zijn de kat naar buiten te laten bij extreme kou of bij een combinatie van kou en vochtig weer. U kunt zich voorstellen wat er gebeurt als zo’n kat de hele dag buiten loopt in de kou, terwijl hij niet kan – of wil- schuilen en zijn vacht steeds natter wordt. Dat is natuurlijk niet bevorderlijk voor zijn gezondheid. In deze gevallen is het dan ook beter de kat binnen te houden, lekker bij de kachel. Denkt u er overigens wel aan dat elke kat twee kattenbakken nodig heeft als hij zijn behoefte binnenshuis doet? In de ‘vrije’ natuur plast en poept een kat ook op verschillende plekken. Door deze situatie in huis na te bootsen en op verschillende plekken een kattenbak –dus minstens twee- te plaatsen kunt u veelal voorkomen dat uw kat onzindelijk wordt.
…en de rest
Natuurlijk zijn er nog veel meer (huis)dieren die u kunt beschermen tegen barre weersomstandigheden. Konijnen die gewend zijn het hele jaar in een buitenhok te verblijven kunnen daar alleen gedurende vorstperiodes in de winter in verblijven, als het buitenhok over een afgesloten deel beschikt. Het konijn moet namelijk afgeschermd van wind, regen en kou kunnen zitten. Vaak is het zogenaamde nachthok van zo’n buitenverblijf daar heel goed geschikt voor. Vul dit deel van het hok op met een dikke laag hooi zodat het konijn daar een lekker warm nest van kan bouwen. Konijnen die eerder in het jaar alleen binnen hebben gezeten kunnen niet ineens in de winter buiten worden gehouden. Hun vacht is namelijk dan niet dik genoeg om de winterse omstandigheden te kunnen weerstaan. Volièrevogels die een schuilmogelijkheid of extra binnenverblijf hebben kunnen ook nog heel lang buiten blijven in de winter. Alleen bij extreme weersomstandigheden zullen deze dieren binnen moeten blijven of zal –een gedeelte van- het buitenverblijf tijdelijk moeten worden afgedekt met een zeil of stuk plastic. Vissen kunnen alleen in tuinvijvers ‘overwinteren’ als de vijver zelf diep genoeg is. Tenminste een deel van de vijver moet zo’n 80 centimeter of dieper zijn. Hou dan wel een deel van het oppervlakte van de vijver ijsvrij bij vorst zodat de vissen genoeg zuurstof krijgen. De vogels in uw tuin kunt u tijdens perioden van strenge vorst en veel sneeuw helpen door ze bij te voederen. Bij uw dierenspeciaalzaak zijn heel veel verschillende voeders te verkrijgen voor deze gevederde vrienden. Tot slot: laat slapende egels in uw tuin lekker met rust. Komt u echter een wakkere egel tegen in de sneeuw dan is deze niet gezond en is hulp nodig. Denk er echter aan dat deze dieren beschermd zijn en dat u ze niet in huis mag opnemen. Neem in zulke gevallen daarom contact op met de egelopvang.