Paarden: Zomerdip en futloosheid

De zomerperiode is voor ruiter en paard de beste tijd van het jaar. De paarden staan weer lang buiten en het werk op stal is minimaal. De meeste paardenweides zijn in het voorjaar goed bemest en tot eind juni groeit het gras goed. Ondanks het vele gras en het mooie weer zijn er veel paarden die last krijgen van een zogenaamde zomerdip, ze worden futloos en zweten snel en veel en ook het werk valt hun zwaarder. In de meeste gevallen is dit goed te voorkomen. Het gras is in het voorjaar eiwit rijk en schiet de grond uit. De sobere rassen moeten met zorg geweid worden omdat zij al snel teveel krijgen en dit kan hoefbevangenheid, koliek of stijfheid tot gevoel hebben. De rassen die er wat beter tegen kunnen genieten volop van het vele gras en na enkele dagen moet de singel al een gaatje losser. Zodra de eerste snee van het land is, is het gras iets minder rijk en kunnen ze onbekommerd dooreten. Het wordt warmer en opeens beginnen veel paarden wat futloos te worden. Dan wordt nog al eens gedacht dat het wel van de warmte zal komen. Natuurlijk speelt dit mee, maar het is niet alleen de zon.

Het gras op de meeste weides is eenzijdig en bevat lang niet alle voedingsstoffen die het paard nodig heeft, zeker niet het werkende paard. Doordat er minder krachtvoer gegeven wordt krijgt het paard ook minder vitaminen en mineralen binnen. Het gevolg is dat ze halverwege de zomerperiode wat sloom beginnen te worden. Zolang het paard voldoende ruwvoer krijgt, kan volstaan worden met het geven van wat extra vitamines. Supplementen als Pavo Vital en VitaPlus zijn dan ideaal. Het zijn hoogwaardige supplementen in brokvorm, een handje per dag en het is zeker dat het paard krijgt wat het nodig heeft. Wanneer het paard niet elke dag in handen is, kan ook een maandelijkse vitaminestoot zoals Equivital Pasta uitkomst bieden.

Tot zover krijgt het paard in elk geval zijn benodigde voedingsstoffen. Maar er is meer wat nogal eens over het hoofd gezien wordt. Tijdens warm weer heeft het paard ook meer vocht nodig en dat is geen kwestie van alleen schoon drinkwater. Als het paard het warm heeft en zelfs zweet, verliest het o.a. natrium en chloride. Deze stoffen houden de zout- en vochthuishouding in balans, zonder deze stoffen kan het paard wel drinken, maar wordt het vocht niet opgenomen en direct door de nieren weer uitgescheiden. Bij een tekort wordt de vacht dof en de huid minder elastisch en in het ergste geval droogt het paard uit.

Een misverstand is dat het geven van een zoutblok helpt, een zoutblok bevat niet die zouten die nodig zijn om de vochtbalans goed te houden. Tijdens warme periodes of zware arbeid is het dus raadzaam het paard elektrolyten te geven. Elektrolyten zijn een mix van natrium, chloride, kalium en calcium die qua samenstelling gelijk zijn aan de bloedvloeistof en daardoor direct worden opgenomen. In tegenstelling tot voedingssupplementen hoeven ze niet langdurig gegeven te worden voordat er resultaat is, elektrolyten worden gegeven naar behoefte.

Een goede vochtbalans is onontbeerlijk voor een fit en gezond paard. Door een huidplooi van de hals tussen duim en wijsvinger op te nemen en weer los te laten kan gezien worden of het paard een goede vochtbalans heeft. Valt de huid direct weer goed terug, dan is alles in orde, blijft de plooi staan of valt heel traag terug, dan is dat een eerste teken van dehydratie. Wanneer het paard de voedingsstoffen krijgt die het nodig heeft, aangevuld met elektrolyten en natuurlijk een correct ontwormingsschema zal een zomerdip gemakkelijk voorkomen kunnen worden.