Paardensport: Tips voor het rijden van een springparcours
Er is geen enkele ruiter die keer op keer en week na week een perfect parcours rijdt. Toch zijn er een aantal ruiters die zeer regelmatig een keurig parcours weten te rijden, of er nu een balkje valt of niet, de wijze van rijden is altijd dik in orde. Bovengenoemde is een eigenschap waar menig ruiter jaloers op is, maar één geluk, het rijden van een goed parcours valt te leren.
Voorbereiding
Het rijden van een goed parcours begint al ver voordat je op je paard stapt. Zorg ervoor dat een slechte voorbereiding niet voor stress zorgt, in de meeste gevallen spelen stress en zenuwen een grote rol bij de fouten die in het parcours worden gemaakt. Check daarom de volgende punten voordat je vertrekt:
- Wees op de hoogte van de starttijden, het tijdstip dat parcours mag worden gelopen en of er eventueel uitvallers zijn.
- Zorg dat je paard tijdig gewassen en eventueel gevlochten klaar staat.
- Controleer of je harnachement compleet is en of je je wedstrijdkleding bij hebt.
- Zorg ervoor dat je tijdig vertrekt.
Parcours lopen
Zoals het spreekwoord luidt ''een goed begin is het halve werk''. Neem genoeg tijd om het parcours te lopen, maar voordat je naar hindernis 1 loopt zijn er eerst nog andere zaken waar rekening mee moet worden gehouden.
Neem vooraf het parcours in je op, wat zijn op het eerste gezicht lastige hindernissen of lijntjes voor jou en je paard, waar zou hij afgeleid kunnen raken en waar staat de jurywagen. Wanneer de deelnemer voor jou aan de beurt is mag je vaak de ring al betreden, bedenk dus vooraf wat je in de 1,5 minuut in de ring met je paard gaat doen voordat je daadwerkelijk van start gaat.
Bedenk vooraf op welk punt je zou willen groeten en hoe je vanuit daar in een mooie vloeiende lijn naar hindernis 1 kunt rijden.
Wanneer je dit voor jezelf hebt bepaald is het tijd om daadwerkelijk het parcours te gaan lopen. Loop de lijnen die door de parcoursbouwer zijn bedacht, probeer niet de kortste route te pakken om maar snel klaar te zijn, wanneer je dat doet zul je niet zien vanuit waar je daadwerkelijk aan moet rijden en dit kan later in het parcours voor onzekere situaties zorgen. Meet in combinaties en dubbelsprongen je afstanden tussen de hindernissen uit. Op deze manier weet je hoeveel galopsprongen er overal gereden moeten worden, dit zorgt voor een stukje rust en kan ervoor zorgen dat je zelfverzekerder wordt.
Vergeet vervolgens niet te kijken waar de finishlijn staat, je zal niet de eerste zijn die per ongeluk voor de finishlijn afdraait wat vervolgens 4 strafpunten op zal leveren door het rijden van een volte.
Losrijden
Probeer tijdens het losrijden niet anders te rijden dan dat je thuis doet. Luister naar je paard, is hij wat fris dan maak je wat extra sprongetjes, is hij relaxt spring dan zeker niet teveel en probeer hem fris te houden voor het parcours. Veel buitenstaanders beweren dat je tijdens het losspringen altijd een gaatje hoger moet springen dan dat je in het parcours moet springen. Voor iedere ruiter is dit anders maar dit is in principe niet noodzakelijk, het is belangrijk dat je vol vertrouwen de ring ingaat, als je toevallig net voordat je moet starten in een dikke oxer terecht bent gekomen dan is het vertrouwen bij zowel ruiter als paard geschonden.
Wanneer je wordt opgeroepen om de ring te betreden zorg dan dat je tijdig bij de ingang van de ring staat, zo kun je de combinatie die op dat moment in de baan is nog zien rijden, hier kun je nog wat van opsteken.
Het rijden van het parcours
Wanneer de baan wordt betreden heb je nog circa 2 minuten om de baan te verkennen terwijl jouw voorganger zijn/haar parcours springt. Geef je paard de tijd om even naar een spannende hindernis te kijken (bijvoorbeeld een sloot), galoppeer eventueel een rondje om de spanning wat kwijt te raken maar boven al zorg ervoor dat je je voorganger niet in de weg rijdt.
Wanneer de bel heeft geklonken groet je netjes en zorg je voor een goed ritme en basistempo voordat je naar hindernis 1 rijdt; een goed en constant ritme verzorgt voor een groot deel het constante parcours. Rijd de lijnen die je vooraf hebt bedacht en probeer niet in de stress te raken bij een mindere afstand, een spannende hindernis of een gebeurtenis van buitenaf, ook hier geldt: houd het ritme. Ook bij het aanrijden van een spannende hindernis zorg je voor het juiste ritme, je paard heeft deze vooraf kunnen bekijken dus er is geen reden om hier nog op te kijken. Als laatste vergeet niet door de finishlijn te rijden!
Zoals hierboven beschreven zijn het zelfvertrouwen en het ritme van grootte waarde om het parcours goed af te leggen.