Reizen met de hond

Iedereen wil wel eens reizen met zijn hond. De een gaat naar opa en oma, de ander gaat op vakantie en de ander gaat zelfs emigreren. Waar moet je allemaal op letten wanneer je op reis wil met de hond? Soms heeft je hond een dierenpaspoort nodig of moet je een verklaring hebben dat hij gezond is. Ook chippen is zeer aan te raden.

De basisdingen voor het reizen met een hond

Wanneer je je hond niet goed vastzet in de auto kan een klein ongeluk al tot grote gevolgen leiden omdat hij los in de auto zit. Koop een tuigje dat je aan de sluiting van de autogordel kunt bevestigen. Zorg ervoor dat het tuigje lang/groot genoeg is dat de hond plat op de achterbank kan gaan liggen slapen. Zorg er voor dat het veilig vastgemaakt kan worden zonder dat je hond ermee in de knoop raakt, als je niet oppast veroorzaakt het een ongeluk in plaats van dat het een ongeluk voorkomt. Het is ook een optie als je een kofferbak hebt die groot genoeg is om je hond te vervoeren in een bench. Wanneer je gaat reizen met het vliegtuig zal je hond altijd in een bench moeten. Als je reist met de trein ligt het aan de opvoeding van de hond. Het is toegestaan om de hond aan een tuigje mee te nemen, je moet dan wel zeker weten dat je genoeg controle over de hond hebt en dat niemand er last van gaat hebben.

Let tijdens de reis altijd op de locatie van je hond. Probeer zon te vermijden aangezien je hond dan oververhit kan raken. Zorg dat hij altijd een plekje in de schaduw heeft met liefst ook nog frisse lucht. Als je met de auto reist kun je het beste om de twee uur een korte pauze houden zodat je hond zijn poten kan strekken. In de trein krijgt de hond zijn beweging toch wel als je overstapt. Wanneer je heel lang in dezelfde trein moet zitten kun je overwegen om ergens uit te stappen en de volgende trein een kwartier/halfuur later te pakken. Geef je hond tijdens de pauze wat te drinken en eventueel wat te eten. Eten is niet verstandig als je weet dat je hond last heeft van reisziekte. Laat je hond nooit loslopen in een vreemde omgeving. Jij en je hond weten allebei niet wat er in de buurt is. De kans is veel groter dat hij een andere kant op rent en niet meer terugkomt door alle nieuwe geurtjes en andere dingen.

Chippen

Een microchip is een chip met een uniek nummer die onder de huid van de hond wordt aangebracht. In de meeste gevallen tussen de nek en de schouderbladen. Bij een gechipte hond die is verdwaald kan er met een scanner worden gecontroleerd wie zijn laatst geregistreerde eigenaar is. Een chip is ook heel erg handig om aan te kunnen tonen dat een gestolen hond van jou is geweest. Er zijn een aantal verschillende soorten chips.

Het is verstandig om voordat je op reis gaat uit te zoeken of de chip van jouw hond werkt in het land waar je naartoe gaat. Ook kun je controleren of je hond wel goed staat geregistreerd in de internationale database. Sommige honden hebben een tatoeage waarmee ze geïdentificeerd kunnen worden. Deze is alleen geldig als hij gezet is voor juli 2011 en als hij nog goed leesbaar is.

Antiparasitaire behandelingen

In sommige landen komen infecties voor waar je hond geen natuurlijke afweer tegen heeft omdat hij er nog nooit mee in aanraking is geweest. Hierdoor hebben ze meer bescherming nodig dan de honden die altijd leven in het gebied. Vooral in warme en vochtige gebieden komen veel infectieziektes voor die worden overgedragen door insecten. Zoek voordat je op vakantie gaat altijd uit of er anti-parasitaire behandelingen beschikbaar zijn. Tegen verschillende ziektes zijn er inentingen of druppels verkrijgbaar. In een gebied waar veel hondsdolheid voorkomt zul je je hond altijd moeten laten inenten! Reizen met honden jonger dan drie maanden is in de meeste gevallen niet legaal omdat deze honden nog niet ingeënt zijn tegen hondsdolheid.

Dierenpaspoort

Met een dierenpaspoort kun je naar een aantal landen waar geen hondsdolheid voorkomt zonder dat je hond in quarantaine moet voordat hij het land in mag. Je kunt dit paspoort alleen krijgen als je hond is gechipt en is ingeënt tegen hondsdolheid. Je hond moet ook een bloedtest ondergaan waarmee moet kunnen worden aangetoond dat je hond voldoende antistoffen heeft tegen verschillende ziektes. De richtlijnen verschillen per land en zijn op te vragen bij de instanties die zich bezig houden met het transport van dieren.

Het invoeren van verschillende rassen

Je zult er misschien niet zo gauw bij nadenken maar in sommige landen is het verboden om met bepaalde rashonden op vakantie te gaan. In Noorwegen zijn dit bijvoorbeeld: de pittbull terrier, de dogo argentino, de American Staffordshire terrier en honden die een kruising zijn met een wolf. Je zult ook altijd moeten kunnen aantonen welk ras je hond is mocht hij lijken op een van bovenstaande honden. In Frankrijk zijn rottweilers, pitbull-achtigen en boerboels verboden. In België en Nederland zijn wel alle hondenrassen welkom.