Parelli: The Driving Game

Parelli: The Driving Game
Het derde spel in de reeks is ‘The Driving Game’. Met dit spel leer je je paard dat hij moet toegeven aan een ‘suggestie’, zonder hem fysiek aan te raken. Hierbij wordt gebruik gemaakt van ritmische druk. Zoals al uitgelegd is, zal een paard snel uitwijken voor ritmische druk. Het gaat hierbij dus om niet-fysieke druk. Ritmische druk kan erg confronterend zijn voor een paard. Het kan dus zijn dat het paard bij de eerste keer erg heftig reageert en misschien zelfs probeert te vluchten. Je moet dan zelf rustig blijven en wachten tot het paard ook weer rustig is.Ritmische druk
Er zijn vier fasen van ritmische druk:Zachtjes met je handen in de lucht bewegen
Hierbij beweeg je dus je handjes in de lucht, dit gebeurt heel licht en op een bepaald ritme. Je kan bijvoorbeeld doen alsof je op een soort trommel aan het tikken bent. Hierbij sta je niet bij of naast je paard, maar een stuk van hem af.
Voer de intensiteit van het ritme op, maar ga niet dichter bij je paard staan
Je gaat wat harder en sneller ‘drummen’ in de lucht, de ritmische druk wordt hierbij iets dwingender. Je gaat niet dichter naar het paard toe, maar blijft op dezelfde afstand.
Ga langzaam dichter naar het paard toe, geef hem een dwingende blik
Hierbij moet je jezelf dreigender opstellen, het paard moet doorkrijgen dat jij het serieus meent en geen grapje maakt. Hij moet naar jou luisteren.
Tik op de neus van je paard in hetzelfde ritme totdat je reactie krijgt
Nu moet het echt dwingend zijn, het paard moet luisteren. Je blijft hem op zijn neus tikken in hetzelfde ritme als in Fase 1, totdat het paard een poging doet tot wegstappen. Hierbij sta je stil voor je paard, hier blijf je staan tot de reactie. Mocht het paard nog steeds niet luisteren, kun je de druk verder opvoeren. Ga bijvoorbeeld harder en sneller tikken en zorg dat je een dwingende houding aanneemt.
Elke keer als het paard een reactie geeft op wat jij hebt gevraagd, laat je de druk los en neem je een vriendelijke houding aan. Het is belangrijk om hierbij ook te glimlachen en te relaxen. Je moet altijd beginnen bij fase 1, nooit bij de andere fasen. Elke fase houd je een paar seconden aan, ongeveer 3 seconden per fase. Alleen fase 4 blijf je mee doorgaan, totdat er een reactie volgt. Dit kan dus een tijdje duren. Zodra je reactie hebt en los hebt gelaten, laat je je paard even nadenken over wat er net is gebeurd. Zo zal het paard begrijpen wat er van hem gevraagd wordt. Uiteindelijk ben je zo ver dat je fase 4 bijna niet meer hoeft te gebruiken, het paard weet namelijk wat dit inhoudt en wil die druk niet voelen. Hij zal bij een eerdere fase al een reactie geven.