Paarden en vitamine A (tekort)
Paarden hebben net als mensen en andere dieren vitamines en mineralen nodig. Vitamine A is één van die vitaminen. En die vitamine is, net als alle andere vitaminen, echt belangrijk voor je paard! Als paarden in de zomer op de wei lopen, zullen ze niet zo snel een tekort hebben aan vitamine A. Maar in de winter is die kans veel groter. Zeker omdat de waarden aan vitamine A in het hooi snel teruglopen.
Algemeen
Vitamine A is een vitamine die belangrijk is voor de botopbouw, de vruchtbaarheid en het beschermt de slijmvliezen. De slijmvliezen van onder andere de ogen, de luchtwegen en de darmen. Zo is direct al duidelijk dat vitamine A op veel gebieden inwerkt en belangrijk is voor het hele lichaam.
Waarin komt vitamine A voor?
In
planten, dus ook in gras, komt betacaroteen voor. Door enzymen in de dunne darm wordt dit betacaroteen omgezet in vitamine A. De opslag van vitamine A vindt voor 90% in de lever plaats. Gras is een grote leverancier van vitamine A voor een paard. Een kilo gras bevat tussen de 30-75 mg betacaroteen. Hoe meer ruwe celstof het gras bevat (dus hoe steviger en grover het gras is) hoe lager de waarden aan bètacaroteen zijn.
Hooi bevat ongeveer 5-20 mg bètacaroteen. Dit wordt onder andere beïnvloed door het tijdstip waarop het gras wordt gemaaid. Jong voorjaarsgras, en dus ook het hooi daarvan, zal veel meer bètacaroteen bevatten als gras gemaaid en gedroogd in het najaar. De waarden in het hooi lopen daarnaast ook snel terug, een paar maanden na het maaien en drogen van gras is de waarde al een flink stuk verminderd. De meest constante bron van vitamine A is
krachtvoer. Aan bijna alle muesli en brokken voor paarden wordt vitamine A toegevoegd door de voerfabrikanten, alhoewel per muesli en brokken onderling nog grote verschillen zitten qua hoeveelheid toegevoegde vitamine A.
Omzetting van bètacaroteen
Een paard maakt uit 1 mg betacaroteen ongeveer 400 IE vitamine A. Echter, wanneer het paard genoeg vitamine A in zijn lichaam heeft, zal de bètacaroteen niet meer omgezet worden. Zo kan een overschot aan bètacaroteen nooit omgezet worden in een overschot aan vitamine A voor het lichaam. Dit is een soort beveiligingsmechanisme, want een teveel aan vitamine A is namelijk schadelijk voor het lichaam.
Wanneer kan er een tekort zijn aan vitamine A?
In de zomermaanden, als een paard op de wei loopt, zal er nooit een tekort zijn aan vitamine A voor een paard. In gras zit het meer als voldoende. Zelfs zoveel dat een paard een voorraad ervan kan opslaan in zijn lichaam. Heel handig voor de tijd als het paard niet meer op gras loopt en zo dus veel minder vitamine A binnen krijgt. Later in de winter, als de voorraad aan bètacaroteen is opgebruikt en het hooi bijna geen bètacaroteen meer bevat, kan een vitamine A tekort voor een paard een rol spelen.
Hoe kan je vitamine A aanvullen?
Bètacaroteen kan je gelukkig op een vrij gemakkelijke manier aanvullen, namelijk door wortelen! Dit is met name van belang voor paarden die darmproblemen hebben, oudere paarden of voor paarden die drachtig zijn of dekhengsten. Door ook nog wat extra olie bij te voeren kan de absorptie van bètacaroteen verbeterd worden. Je moet echter wel behoorlijk wat wortelen voeren om aan de goede hoeveelheid bètacaroteen per dag te komen. Een kilo wortelen bevat net iets meer bètacaroteen dan één kilo gras. Wil je echt zeker zijn dat je paard voldoende bètacaroteen of vitamine A binnenkrijgt in de wintermaanden is wellicht het voeren van een beetje krachtvoer of een vitaminen en mineralen brokje een betere optie.