De holwortel of 'kippetjes op een stok' en een lang spoor
De holwortel is een vroege lentebloeier. In maart/april kleuren grote stukken bosgrond rozerood van de holwortel, met af en toe een witte bloem ertussen. Mooi groen/blauwig blad bedekt de bodem met tussen het blad rechtopstaande stengels. Bodems van landgoederen en kastelen waar de holwortel een stinsenplant is. Bloemstengels waar vele bloemen aan zitten. Bloemen die, met een beetje fantasie op vogeltjes, lijken. Vogels met een kuif of met een kam, zoals kippen dat hebben. De holwortel heeft zijn naam te danken omdat de wortel in de grond hol is. De volksnaam 'kippetjes op een stok' omdat de bloemen hierop lijken.
De holwortel (Corydalis cava ook Corydalis bulbosa)
De holwortel is een plant uit de papaverfamilie (Papaveraceae) en valt onder het geslacht Corydalis (Helmbloem). Het is een vroegbloeiende vaste plant die in het vroege voorjaar bloeit en voor de zomer begint, vaak al is afgestorven om het jaar erop uit de knollen weer nieuw blad en bloemen te geven.
Naam
De naam holwortel heeft de plant te danken aan het feit dat de ondergrondse knol van binnen hol is. De botanische naam Corydalis is afgeleid van het Griekse woord korydalis wat kuifleeuwerik betekent. Daarmee een overeenkomst aangevend op de bloem van de holwortel. Cava betekent hol, wat duidt op de holle knol. De holwortel is inheems in Midden-, Oost-, en Zuid-Europa. In Nederland en België is de holwortel aangeplant en verwilderd, mogelijk nog wild aan de uiterste oostgrens van Nederland en elders een kweekplant. Daarom hoort de holwortel ook tot de
stinsenplanten.
Beschrijving van de holwortel en bladeren
De plant is een geoft wat betekent dat de winterknoppen in de grond zitten. In het voorjaar komt uit de holle, bruine en grote knol samengestelde rozetbladeren en bij elke knol een aantal stengelbladeren. De stengels zijn rond, onvertakt en onbehaard. Aan de voet hebben de stengels geen schubben, wat bij de vingerhelmbloem wél het geval is. De onbehaarde bladeren zijn enigszins blauwig-groen en dubbel drietallig. Het driemaal diep ingesneden blad bestaat meestal ook uit drie slippen die ook weer drie keer maal zijn ingesneden.
Beschrijving van de bloem
De holwortel bloeit in maart/april met een bloeihoogte van 15 tot 30 centimeter. De tweeslachtige bloemen hebben een rozerood tot lila kleur maar ook af en toe een witte kleur. Per groeiplaats is de overheersende kleur weer anders. De bloem is een soort buis (vergroeidbladig) waarin de stamper en meeldraden liggen en licht geurend zijn.
Spoor
De bloem lijkt op een buis (spoor) die bestaat uit 4 vergroeide kroonbladeren. De 2 binnenste kroonbladeren zijn aan de top met elkaar vergroeid en geven een boven- en onderlip die de meeldraden en de stempel omsluiten. De bloemen hebben een lengte van 2 tot 3 centimeter, een stomp spoor wat aan het eind sterk naar beneden gebogen is. Onder iedere bloem bevindt zich een groenig tot roodgekleurd schutblad met gave randen.
Vrucht
De vruchtsteel is veel korter dan de doosvrucht. De hangende doosvruchten hebben een grootte van 2 tot 2,5 centimeter. Het zaad heeft een mierenbroodje, waardoor het door mieren verspreid wordt en op die manier zorgen voor de vermeerdering van de holwortel.
Waarom zo’n lang spoor
De spoor van de bloem steekt ongeveer tot 12 millimeter over de bloemsteel uit. In het achterste deel van de spoor zit de honig. Omdat de spoor zo lang is kunnen alleen de insecten erbij met een lange tong of snuit (sachembij, wolzwevers of vlinders) tot achterin het spoor komen. De aardhommel bijvoorbeeld (Bombus terrestris) is te groot voor de nauwe bloem en bijt ter hoogte van de knik, gewoon een gaatje om bij de nectar achterin de spoor te komen. En zo kunnen meerdere bijen (de honingbij o.a.) bij de honing. De bijen die niet in de ´buis´ passen, proberen het eerst wel. Doordat ze landen op de onderste lip buigt deze een beetje door. De meeldraden en de stamper komen vrij en laten stuifmeel op het insect los. Het insect vliegt naar een andere holwortel voor nectar en zorgt zo voor kruisbestuiving.
Verschil holwortel met vingerhelmbloem
De holwortel lijkt erg op de
vingerhelmbloem. Het zijn ook beide planten behorende bij de papaverfamilie (Papaveraceae) en vallend onder het geslacht Corydalis (Helmbloem). Niet vreemd dus dat ze op elkaar lijken, zo op het eerste gezicht. Gelukkig zijn er verschillen wanneer er aandacht aan besteed wordt. Namelijk:
Kenmerk. | Holwortel. | Vingerhelmbloem. |
Knol en grootte. | Holle knol met een doorsnee tot 10 centimeter. | Gevulde knol met een doorsnee van 1 tot 3 centimeter. |
Schutblad. | Gaafrandig schutblad onder de bloem. | Handjes vormig schutblad onder de bloem. |
Spoor. | Lang en sterk gekromd spoor. | Korter spoor dan de holwortel en licht gebogen. |
Bloemstengels. | Een aantal bloemstengels op één knol. | Eén bloemstengel per knol. |
Schubben. | Geen schubben onderaan de stengels | Twee schubben aan de voet van het stengelblad. |
Bloeihoogte. | 15 tot 30 centimeter. | 10 tot 25 centimeter. |
Bloeisteel/ vruchtsteel. | De vruchtsteel is veel korter dan de vrucht. Korter dan bij vingerhelmbloem | Langer dan bij de holwortel. De vruchtsteel is ongeveer even lang als de hangende doosvrucht. |
Kippetjes op een stok
Door naar de holwortel met fantasie te kijken, zien mensen er kippen in, net als bij de vingerhelmbloem. De botanische naam Corydalis betekent ook kuifleeuwerik. Kijk naar de boven- en onderlip van de buis en het lijken inderdaad kuifjes. Of opstijgende vleugels van een vogel. Vogels die van een kruk wegvliegen. Vandaar ook wel de benaming ‘vogeltjes op de kruk’. Of op mooie witte kippen die in het nachthok op stok gaan. De verklaring van de volksnaam: ‘kippetjes op een stok’.
Weetjes
- De holwortel is matig giftig, net als alle Corydalissoorten (helmbloemen). Toch werd de knol meer dan duizend jaar geleden gebruikt als pijnstiller en tegen krampen en stuiptrekkingen. De holle giftige knol geeft een narcotisch en verdovend effect bij pijn.
- Holwortel is een plant uit de papaverfamilie (Papaveraceae). Van de zaaddozen van de papaver (Papaveraceae) is bekend dat er opium uit gewonnen kan worden.