De wilde judaspenning en de tuinjudaspenning
Door de vele trossen met lilapaars tot wit en donkerpaars gekleurde bloemen is de judasplant erg geliefd in tuinen. Prachtige volle trossen op lange stengels. Een aanwinst voor de tuinborder of de natuurlijke tuin. Een bloemenpracht in het voorjaar en in het najaar een droogboeket met mooie zilverkleurige vruchten in de tuin (hauwtjes). Of bij genoeg bloemen: in het voorjaar een bosje bloemen op de salontafel en in het najaar in de kamer of hal, een droogbloemboeketje van de zilverkleurige hauwtjes. Of laat de hauwen hangen en de plant zorgt vanzelf voor vermeerdering in de tuin. Ook is de judaspenning ideaal om vlinders in de tuin te krijgen. In Nederland en België zijn er twee soorten judaspenningen: de tuinjudaspenning en de wilde judaspenning.
Tuinjudaspenning (Lunaria)
De judaspenning is een plantengeslacht binnen de kruisbloemenfamilie (Cruciferae of Brassicaceae: beide namen zijn toegestaan*). Het geslacht komt van nature voor in heel Europa in vochtige bossen en op leemhoudende grond.
Van het geslacht Lunaria kunnen we in Nederland en België de volgende twee soorten tegenkomen:
- Lunaria rediviva-wilde judaspenning of vaste judaspenning
- Lunaria annua-tuinjudaspenning.
Familie
De Kruisbloemenfamilie (ook wel de koolfamilie genoemd) bevat o.a. groentesoorten zoals:
- Brassica oleracea (broccoli, kool, bloemkool)
- Brassica rapa (raap, Chinese kool)
- Brassica napus (koolzaad)
- Raphanus sativus (radijs)
Wilde judaspenning (Lunaria rediviva)
De vaste judaspenning of wilde judaspenning is een vaste plant uit de kruisbloemenfamilie (Brassicaceae). De tuinjudasplant is een tweejarige plant. Ze lijken erg op elkaar. Het grootste verschil wordt pas duidelijk na de bloei wanneer de zaaddoosjes zichtbaar zijn. De wilde judaspenning heeft langwerpige zaaddozen en de tuin judaspenning heeft ronde zaaddozen. De zaaddozen zijn in het begin grasgroen en kleuren langzaam naar een grijs- tot zilverachtige kleur. Het verklaart de Duitse naam voor judaspenning namelijk: Silberblätter. De zaaddozen in het vroege najaar, lijken op geldstukken, en verklaren de ene helft van de naam voor judaspenning. De andere helft van de naam komt van de legende dat Judas Iskariot, toen hij Jezus verraadde, de dertig zilverlingen die hij daarvoor als beloning had gekregen, weggooide. Op de plek van de zilverlingen groeide vervolgens de judaspenning. De Latijnse naam Lunaria betekent maanvormig. Luna (maan) en arius (vormend). De Latijnse naam van de tuinjudasplant Annua betekent: eenjarig. De tuinjudasplant is tweejarig en bloeit pas in het tweede jaar. De beide soorten judaspenning komen in het wild voor in heel Europa, in vochtige bossen en op leemhoudende gronden.
Uiterlijk wilde judaspenning
De elk jaar terugkomende wilde judaspenning, heeft een kruipende wortelstok met ondergrondse uitlopers. Uit de rozetvormige plant komen in het voorjaar rechtopstaande, behaarde stengels. De gesteelde (het bovenste bladeren van de tuinjudaspenning zijn bijna zittend) stengelbladeren zijn hartvormig, getand en toegespitst. De wilde judaspenning kan een temperatuur hebben tot –20 graden in de winter.
Bloem
De hoogte van een bloeiende wilde judaspenning is 50 centimeter tot 1 meter. Op de bloemstengel verschijnen in april tot juli samengestelde bloemtrossen met een licht lila kleur (zachter gekleurd dan de tuinjudaspenning). De tweeslachtige bloemen (zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen) hebben 4 bloemdekbladeren van 2 tot 2,5 centimeter met fijn getekende, diepliggende aderen. De buitenste krans van de bloemdekbladeren, de kelkbladeren zijn 5 tot 6 millimeter. De bloemen verspreiden een heerlijke geur, vooral aan het begin van de avond. Een geur die enigszins lijkt op de geur van
het Maarts viooltje. De wilde judaspenning heeft daar ook nog een naam aan te danken: de welriekende judaspenning.
Bestuiving
Gemiddeld heeft de wilde judaspenning 4 lange meeldraden en twee korte. De helmdraden zijn soms gevleugeld of met tandjesachtige aanhangsels. Het bovenstandige vruchtbeginsel bestaat uit een enkelvoudige stamper met een knopvormige stempel. De lange meeldraden reiken tot aan de stempel en kunnen zorgen voor zelfbestuiving. Toch zijn het vaak insecten en vlinders die voor de bestuiving zorgen doordat de helmknoppen zich draaien. Het zijn de honingschubben aan de voet van de korte meeldraden, die vlinders en bijen lokken door nectar af te scheiden. Na de bevruchting ontstaat, wanneer de bloei voorbij is een hauw.
Hauw
De hauw is de vrucht die bestaat uit twee vruchtbladen en een tussenschot. De 1½ tot 9 cm lange hauwtjes zijn sterk afgeplat, eivormig en hebben een spitse top en voet. De zaden hierin zitten in 1 of 2 rijen per hok en kiemen met twee kiemblaadjes (twee zaadlobbig). De plant zorgt, wanneer de hauwtjes blijven zitten, en niet in een droogboeket terecht komen, voor vermeerdering. Ook loopt de wilde judaspenning elk voorjaar uit vanuit de wortelstok met de ver verspreide uitlopers.
Habitat
De wilde judaspenning past goed in open tuinen, stinsentuinen en natuurtuinen. Ze verlangt een licht beschaduwde plek nabij heesters en/of bomen. De bodem moet doorlatend, vochthoudend en voedselrijk zijn.
Weetjes
- De Judaspenning is de waardplant voor het dagactieve oranjetipje (Anthocharis cardamines), koolwitjes en de nachtactieve lijnvalkmot (Evergestis forficalis).
- De judaspenning behoort tot dezelfde familie als de kool en kan dezelfde ziektes krijgen.