De zakjeszwammen onder de paddenstoelen
In het bos kunnen we de meeste vreemde creaties aan paddenstoelen tegen komen. Paddenstoelen met een hoed en steel, zwammen vastgeplakt op omgewaaide bomen, paddenstoelen die lijken op dieren en grote en minder grote, als voetballen lijkende paddenstoelen op de grond. Ballen, die wanneer je tegenaan trapt een wolk van ‘stof’ de lucht in schieten. Vormen waarvan je denkt, is dit wel een paddenstoel? Ja hoor, het zijn de zakjeszwammen van het rijk van de schimmels.
Zakjeszwammen (Ascomyceten)
De grootste groep in het schimmelrijk met enorme verschillen in verschijningsvormen. Van vruchtlichamen met een hoed en een steel, knotsvormige, bolvormige, worstvormig tot niet zichtbare omdat ze in de grond zitten. De zakjeszwammen danken hun naam aan de manier van voortplanten.
De sporen van de zakjeszwammen
De sporen zitten namelijk in zakjes. In sporenzakjes of ascus (Asci is het enkelvoud). De sporen worden in het kiemvlies (hymenium) gevormd. Wanneer de sporen rijp zijn worden ze met veel kracht weggeschoten, de lucht in. Soms merkt je dat als wandelaar. Wanneer van een aardappelbovist (wie kent hem niet) die op de wandelroute staat, de sporen rijp zijn, hoef je er maar heel iets tegenaan te lopen en een wolk van zwarte sporen ploft de lucht in. De top van het sporenzakje scheurt open in het centrum. Bij andere verschijningsvormen wordt er bijvoorbeeld een dekseltje opengescheurd. Met duizenden tegelijk worden de sporen weggeschoten en door de wind verspreid. Een aantal
korstmossen horen ook bij de zakjeszwammen. Naast de wind spelen bij de verspreiding van de sporen ook insecten en zoogdieren soms een rol. De iepziekte bijvoorbeeld, wordt veroorzaakt door sporen van een zakjeszwam welke door de mineerkever verspreid worden.
Gewimperde aardster
Wortelende aardappelbovist
de ascus van de gele aardappelbovist
Indeling van de zakjeszwammen
De bouw van de zakjeszwammen bepaalt de indeling. De indeling bestaat uit:
Het apothecium
De verschijningsvorm is schijfachtig, tot bekerachtig. De laag waar de sporen op liggen, ligt open en bloot. Hieronder vallen ook enkele korstmossen. Tot deze groep zakjeszwammen horen onder ander:
- de bekerzwammen zoals rode kelkzwam, bekerzwam, zandtulpje en hazenoorsoorten.
- schijfzwammen. Bijvoorbeeld de hazelaarsschijfzwam en populierenschijfzwam
- morieltjes. Gewoon morieltje, kapjesmorieltje en voorjaarsmorieltje.
- kluifjeszwammen, De witte kluifzwam, de zwarte kluifzwam en voorjaarskluifzwam.
- de aardtongen. De zwarte knoopzwam, de brede aardtong, gladde aardtong, zwarte viltzwam, korstschijfjes en kleverige aardtong.
- spatelzwammen zoals de tonderzwam en de zwavelzwam.
- mijtertjes zoals het beekmijterje die in het water groeit of het sparrenmijtertje.
kleine bruine bekerzwam
witte kluifzwam
zwarte kluifzwam
Het perithecium
De groep van schimmels, peritheciën, waar het vruchtlichaam vele vormen kan hebben. Vormen als een knots, kogel, fles, urn, korst of een geweivorm. De vruchtlichamen hebben een smalle opening aan de bovenzijde, waar de sporen bij rijpheid, afzonderlijk en na elkaar worden vrijgelaten. Peritheciën komen voor bij de Pyrenomyceten of kernzwammen. De verschijningsvorm is als gitzwarte tot roestbruine bolletjes, zwarte ‘vingers’, klonten of plakkaten. Het lijkt vooral bij de bobbelige zwarte plakkaten alsof er brand is geweest in het bos. Zoek deze prachtige zwarte en bruine bobbels op bundels loofhout die in een bos liggen. Met een beetje geluk zitten er soms wel honderden van mooie gitzwarte of terra kleurachtige ‘knikkers’ bij elkaar. Iedere ‘knikker’ zit vol met sporen. Deze bevatten dan weer zo’n paar honderd kleine urntjes die vol met sporen zitten. Bij goed kijken zijn de openingen waar de sporen uitkomen, te zien, als kleine pukkeltjes. Neem een loep mee want ze zijn erg klein.
Vergroeide kogelzwam
Vergroeide kogelzwam
Roestbruine kogelzwam
Het pseudothecium
Dit type lijkt sterk op de peritheciën. De sporen worden ook opgebouwd om bovenaan het vruchtlichaam weggestoten te worden, maar de sporenzakjes zijn op een andere wijze gerangschikt. De sporenzakjes zetten uit bij wateropname en de daarin bevindende sporen worden regelrecht de opening uitgewerkt. De sporenzakjes liggen met 50 tot 100 bijeen in een vruchtlichaam, het pseudothecium. De schimmel Venturia inaequalis, behorende bij de zakjeszwammen is de veroorzaker van schurft bij appels. Bij de juiste luchtvochtigheid, temperatuur en wind zijn de natte bladeren een ideale basis voor de sporen om te kiemen.
Het cleistothecium
Dit is een bolvormig, gesloten vruchtlichaam zonder bepaalde openingswijze. Het is een gesloten orgaan waar de sporen niet zelfstandig vrij kunnen komen omdat ze in de bodem of onder bladeren liggen. De paddenstoelen met cleistothecium moeten op een andere manier de sporen verspreiden. Ze scheiden lokstoffen af, die zwijnen en herten aantrekken en deze graven en eten ze op. Door de uitwerpselen kiemen de sporen op de grond. Paddenstoelen die hieronder vallen zijn:
- de stekelige hertentruffel;
- korrelige hertentruffel;
- gevlekte hertentruffel.
Kannibalisme
De kogelmeniezwam eet andere zakjeszwammen. Zelf vallend onder de kernzwammen heeft het een voorkeur om andere kernzwammen te eten!