Vlinders: Dagpauwoog en Atalanta: mis deze niet!
Vlinders zijn prachtige insecten. Weelderige kleuren maken de vreemdste combinaties op de sierlijk gevormde vleugels. Buitenlandse vlindersoorten lijken regelrecht van het paradijs te komen maar ook hier in het minder exotische Nederland vind je vlinders die, in de zomer, een mooi aanwist zijn voor je blikveld. Twee veelvoorkomende soorten zijn de dagpauwoog en de atalanta.
Dagpauwoog
De dagpauwoog, inachis io, is een prachtige, herkenbare vlinder die zich met name overdag laat zien. Het grote oog op zijn vleugels maakt deze vlinder een bijzondere verschijning. In Nederland komt deze vlinder veel voor en laat zich met name zien in de tuin waar veel verschillende geurige bloemen staan. De vlinderstruik is erg geliefd bij de dagpauwoog en u doet er ook goed aan, wilt u deze vlinder in de zomer zien rondvliegen, om een aantal vlinderstruiken naast elkaar te poten op een zonnige plek.
Dagpauwogen leggen hun eitjes niet zomaar op de grond of op een willekeurige plant. Deze vlinder zet zijn eitjes af in groepjes op de brandnetel. De rups, zwart met stekels, die daar vervolgens uit ontpopt zal zich tegoed doen aan de brandnetel en vervolgens uitgroeien tot een volwassen vlinder. Om deze vlinder zelf bij huis te hebben zult u dus naast een nectar houdende plant, zoals de vlinderstruik, ook brandnetels in de buurt moeten planten.
Per jaar ontwikkelen zich één of twee generaties uit de eieren. De eerste generatie vliegt dan meestal uit in de maart maand en de volgende generatie hartje zomer (Juni). ’s Winters vliegen deze vlinders niet rond. Ze gaan zich dan vaak verbergen in een schuilplaats waar het droog en overdekt is. Als de winter voorbij is en het warmer begint te worden zal de vlinder zich weer laten zien.
De dagpauwoog heeft een spanwijdte van 50-60 mm. Bij veel diersoorten verschilt het mannetje en het vrouwtje van kleur. Het mannetje is vaak mooi getekend en heeft felle kleuren. Het vrouwtje moet het echter vaak doen met fletse schutkleuren. In de vlinderwereld is dit niet het geval. Beide geslachten zijn even mooi gekleurd.
Atalanta
De atalanta, vanessa atalanta, schoenmakervlinder of admiraalvinder is eveneens een prachtige vlinder die veel te zien is in de Nederlandse bloementuinen. De atalanta kenmerkt zich door veel oranje gecombineerd met zwart en heeft een spanwijdte van ongeveer zes centimeter. Bloemen in de tuin is evenals bij de dagpauwoog belangrijk voor het lokken van deze vlinder. Een vlinderstruik zal zeker werken evenals een pruimenboom waar overrijpe pruimen bijliggen. Atalanta’s zullen zich tegoed doen aan de nectar en suikers.
De atalanta is een echte trekvlinder. Dit betekent dat de atalanta, zodra het kouder wordt, naar een warm gebied trekt. Zo’n gebied is de Middellandse zeegebied. De atalanta komt oorspronkelijk uit Noord-Afrika en Zuid-Europa; zijn verspreidingsgebied strekt zich naar het oosten uit tot in centraal Azië. Als de winter in Nederland voorbij is en het lente wordt komt de vlinder terug naar Nederland en andere delen van Europa waar het dan warm genoeg is om zijn groene eitjes te leggen op de brandnetel. Ook nu is het dus weer belangrijk om een brandnetel in de buurt te hebben wilt u deze vlinder zien in uw tuin.
De kleuren van de atalanta verschillen ook niet per geslacht. Het mannetje en het vrouwtje zijn beide fel gekleurd aan de buitenkant van de vleugels. De onderkant is echter een stuk minder mooi en bestaat uit een schutkleur. Als er een roofdier nadert komt deze schutkleur goed van pas. De atalanta valt namelijk bijna niet op als hij bijvoorbeeld op een stuk hout zit. Als een roofdier de vlinder toch bespeurt vliegt de vlinder snel weg en laat zijn felgekleurde bovenkant zien. Dit schrikt de roofdier even af zodat de vlinder net genoeg tijd heeft om weg te komen.