DNA-onderzoek bij rashonden: Nuttig en noodzakelijk?
Net als de mens heeft elke hond een uniek DNA-profiel wat te zien is als een soort unieke genetische ‘vingerafdruk’. Een DNA-profiel kan praktisch onmogelijk worden veranderd of verloren gaan tijdens het leven van de hond. Het DNA-profiel kan gebruikt worden om de identiteit van een bepaald dier onomstotelijk te bewijzen. De helft van zijn DNA krijgt een hond van zijn vader, de andere helft van zijn moeder zodat met het DNA-profiel kan worden bewezen of de geclaimde ouders inderdaad de biologische ouders van het dier zijn. In het DNA-profiel zijn slechts bepaalde eigenschappen vastgelegd, zo is er niet uit af te lezen tot welk ras het dier behoort en ook niet of een dier aan bepaalde erfelijke aandoeningen of - ziekten lijdt. Voor het laatste zijn de specifieke DNA-testen wel geschikt .
DNA-onderzoek, daar heeft iedereen wel eens van gehoord. Bij mensen, maar wellicht ook bij (ras)honden. DNA-onderzoek heeft de laatste jaren een enorme ontwikkeling doorgemaakt. Hierdoor is het niet alleen makkelijker geworden om het DNA van rashonden vast te laten leggen, maar kunnen ook de kosten hiervan in de hand worden gehouden. Ook in Nederland kunnen inmiddels vele tientallen DNA-testen op erfelijke afwijkingen of erfelijke kenmerken bij (ras)honden worden uitgevoerd. Het unieke DNA-profiel van een hond kan gebruikt worden om de identiteit van een bepaald dier onomstotelijk te bewijzen. Daarnaast kan hiermee worden bewezen of de geclaimde reu en teef inderdaad de biologische ouders van het dier zijn. Vooropgesteld natuurlijk dat de DNA-profielen van de waarschijnlijke ouderdieren al eerder bekend en vastgelegd zijn.
Erfelijke afwijking of kenmerk?
Erfelijke afwijkingen of erfelijke problemen zijn ongewenst. Erfelijke kenmerken zoals de aanleg voor een bepaalde vachtkleur of haarlengte, kunnen heel gewenst zijn. Waar in dit artikel wordt gesproken over erfelijke afwijking kan ook erfelijk kenmerk worden gelezen.
Waarom DNA-onderzoek?
DNA-onderzoek bij honden kan worden verricht om drie redenen:
1. Het DNA-profiel: wie is je vader en wie is je moeder?
De juiste afstamming van een nest is eenvoudig te achterhalen door het DNA-profiel van de pup te vergelijken met het DNA-profiel van één of beide (veronderstelde) ouders. Vanzelfsprekend dient het DNA-profiel van de waarschijnlijke ouderdieren al eerder bekend en vastgelegd te zijn.
2. Vaststellen erfelijke aanleg voor (ras)specifieke afwijkingen
Er bestaan vele soorten erfelijke aandoeningen bij honden. Deze aandoeningen zijn veelal nadelig voor de gezondheid en daarom is het ongewenst dat deze aandoeningen via de fokkerij verder in een hondenras verspreid worden. Via DNA-onderzoek kunnen honden op enkele tientallen erfelijke afwijkingen worden getest. Hierdoor kunnen lijders, dragers en vrije dieren al op jonge leeftijd worden geïdentificeerd. Het wordt voor rasverenigingen zodoende mogelijk een gerichter fokbeleid op te stellen zodat een bepaalde aandoening in de populatie kan worden teruggedrongen, zonder een onverantwoordelijk hoge toename van inteelt.
3. Bevestigen diagnose erfelijke afwijking
Veel erfelijke afwijkingen worden pas op latere leeftijd zichtbaar. Bij een dier waarvan vermoed wordt dat het een erfelijke afwijking heeft, kan DNA-onderzoek de diagnose bevestigen. Rashondenfokkers kunnen de test gebruiken voor preventieve screening van potentiële fokdieren. Daarmee kan door verstandig fokbeleid de verspreiding van de ziekmakende genen binnen de rashondenpopulatie zoveel mogelijk worden voorkomen. Inmiddels zijn er een kleine vijftigtal testen op de –Nederlandse- markt, maar wereldwijd komen er jaarlijks vele nieuwe bij.
DNA-onderzoek en de rasvereniging
Zoals hierboven beschreven is het met de huidige DNA-technieken eenvoudig geworden de juiste afstamming van een hond te bepalen. De juistheid van afstammingsgegevens in de stamboekregistratie is van essentieel belang in de beoordeling van de overerving van (mogelijke) erfelijke aandoeningen binnen het ras. Het opstellen van een fokbeleid door de vereniging wordt naar verwachting hiermee eenvoudiger.
Het DNA-onderzoek en de fokker
In sommige landen wil de daar verantwoordelijke Kennel Club de afstamming van een pup uit elk nest op basis van DNA gaan controleren. Afstammingsonderzoek is alleen mogelijk als het DNA-profiel van de ouderdieren bekend is. Dit betekent dus dat wanneer afstammingsonderzoek gevraagd wordt, het DNA-profiel van het fokdier beschikbaar moet zijn. Een groot voordeel is dat wanneer het DNA-profiel eenmaal bekend is, alle nakomelingen van dit dier verder kunnen worden herleid. Als van een dekreu het DNA-profiel eenmaal is vastgesteld, kunnen zij fokkers voor afstammingsonderzoek hier eenvoudig naar verwijzen.
Zekerheid en vertrouwen
DNA-onderzoek geeft zekerheid én vertrouwen. Zo geven fokkers de DNA-profielen van hun ouderdieren mee aan de koper van hun pup zodat deze, als zij dat zouden willen, de afstamming van hun pup kunnen laten controleren. Dat wekt vertrouwen.
Het DNA van uw rashond
Zelfs als u als hondeneigenaar niet met uw rashond wil gaan fokken is het van belang DNA-testen uit te laten voeren en genetisch materiaal van uw hond op te laten slaan in de DNA-bank. De uitslag van de testen en de opslag van het materiaal van de hond draagt op deze manier bij aan een verantwoord fokbeleid en de ontwikkeling van nog meer testen. Dit zal uiteindelijk leiden tot een gezondere populatie van het ras.
DNA-bank
Onderzoek naar de erfelijke achtergrond van een gezondheidsprobleem binnen een ras loopt vaak vast omdat monsters (van vroegere generaties) niet aanwezig of niet (meer) verkrijgbaar zijn. Met een DNA-bank wordt deze beperkende factor in één klap opgelost voor zowel de huidige als toekomstige ziektes die zich in een rashondenpopulatie plots kunnen openbaren. In een DNA-bank worden monsters van individuele honden bewaard. Dit kunnen bloedmonsters zijn, maar ook speeksel- of vachtmonsters waaruit op ieder moment DNA kan worden gehaald voor onderzoek. Opgeslagen monsters worden voor minimaal 25 jaar bewaard, waarna kan worden besloten deze periode te verlengen.
Aangezien de Raad van Beheer op KynologischGebied zich de bevordering van de gezondheid en het welzijn van honden en hondenpopulaties ten doel stelt, lijkt er een belangrijke taak te liggen voor de Raad van Beheer om ook diagnostische tests voor rasvereniging te coördineren en stimuleren. Voor wetenschappelijk onderzoek is de kynologie afhankelijk van onderzoeksinstellingen als de Faculteit Diergeneeskunde (FD) en de Wageningen Universiteit (WUR). Alle partijen werken samen aan de opzet van en aantonen van de werkzaamheid van een systeem van stamboom-gekoppelde DNA-opslag van alle honden.