Woestijndieren, en hoe ze leven
Een woestijn is naar veler opvattingen een gebied waarin maar weinig leven mogelijk is. In sommige delen van de woestijn is dit inderdaad waar, maar in de oases is dit toch wel anders. En zeker in de avond als het wat afkoelt dan komt de woestijn echt tot leven. Jerboa's, vossen, slangen, grondeekhoorns en een groot aantal andere diersoorten komen dan uit hun schuilplaats om te eten.
Wat eten woestijndieren?
Roofdieren als hagedissen, slangen, jakhalzen, vossen en haviken komen in woestijnen vrij algemeen voor. Maar evenals in andere streken zijn planteneters het sterks vertegenwoordigd. Zwermen insecten leven van woestijnplanten, vooral na regen, als de sluimerende plantenwereld tot leven komt. Antilopen, kamelen en andere grazende dieren knabbelen aan de taaie strengels en de bladeren van struikgewas en aan de sappige scheuten van vetplanten. Sommige knaagdieren doen zich tegoed aan vlezige bollen en knollen; de meeste voeden zich echter uitsluitend met de in ruime mate aanwezige zaden die over de woestijnbodem verspreid ligt.
Waar vinden dieren water?
Waterpoelen zijn in de woestijn drukbezochte plaatsen. Vogels en sommige van de grotere zoogdieren bezoeken ze regelmatig. Maar vele andere woestijnbewoners kunnen ver van een waterbron overleven.
Voor enkele soorten is het vocht van de ochtenddauw voldoende om in hun waterbehoefte te voorzien. Roofdieren krijgen een groot deel van het benodigde vocht uit de lichaamsvloeistoffen van hun prooi. Vetplanten zijn een toereikende waterleverancier voor talloze planteneters.
Waarom hebben kamelen bulten?
Verhalen over kamelen die dagenlang zonder voedsel of water door de woestijn trekken, ijn niet overdereven; deze dieren zijn opmerkelijk goed aangepast aan het woestijnleven. In tegenstelling echter tot wat wordt gedacht slaat een kameel geen water op in maag of bult.
Anders dan de meeste zoogdieren heeft een kameel geen vetlaag onder de huid. In plaats daarvan wordt het vet opgeslagen in de bult. Bij voedsel en water schaarste gebruikt de kameel deze reserve als energie en waterbron. Als het vet wordt verbrand, komt waterstof vrij die zich met zuurstof verbindt tot water. Het dier gebruikt op soortgelijke wijze ook water uit andere lichaamsweefsels.
Een kameel kan het, zonder te drinken, verscheidene dagen volhouden. Naarmate de weefsels hun water verliezen, kan het dier wel een kwart van zijn lichaamsgewicht kwijtraken zonder daar schade van te ondervinden.
Welke vogels leven in de woestijn?
De meeste vogels in de woestijn zijn insecteneters, gevolgd door zaad en vruchtenetende soorten. Het minst talrijk zijn de roofvogels. De meeste vogels hebben zicht niet speciaal aan het woestijnleven aangepast; hun waterbronnen moeten dan ook binnen vliegbereik liggen. Sommige, zoals uilen en nachtzwaluwen, zijn nachtdieren, maar de meeste soorten zijn in de vroege ochtend en in de avond actief.
De voortplantingscyclus van veel woestijnvogels hangt samen met de komst van regens, als het meeste voedsel aanwezig is. In droge jaren worden er minder of helemaal geen jongen geboren.
Waarom staat de woestijn opeens in bloei?
Een vierkante decimeter woestijngrond bevat gewoonlijk vele duizenden zaden, voortgebracht door planten die na de seizoenregens met verbijsterende snelheid groeien. Sommige doen dat zo snel, dat ze in minder dan twee weken ontspruiten, bloeien en zaad zetten en daardoor een dor landschap in korte tijd veranderen in een spectaculaire tuin vol geur en kleur.
Waarom zijn veel woestijndieren bleek van kleur?
Een groot aantal vogels, zoogdieren, reptielen en andere dieren uit de woestijn is lichter van kleur dan aan het verwante soorten uit andere streken.
De bleke kleur van deze dieren maakt deel uit van het afkoelingsmechanisme van woestijndieren; lichte kleuren reflecteren immers de zonnestralen, terwijl donkere kleuren juist absorberen. Lichte kleuren dienen ook ter camouflage en zorgen ervoor dat de dieren minder afsteken tegen de lichtgetinte woestijngrond.
Sommige dieren, vooral hagedissen, hebben zo'n aangepast temperatuurregelsycteem, dat ze zelfs van kleur veranderen naarmate de dag voortschrijnt. 's Ochtends zijn ze donker van kleur, later worden ze geleidelijk bleker om 's middags, als de zon hoog aan de hemel staat, hun lichtste tint aan nemen.
's Avonds worden ze weer donkerder.