Maanzaad en opium, producten van de blauwe papaver
Maanzaad en opium zijn beide afkomstig van de blauwe papaver. Wordt de eerste vooral toegepast in de keuken, de laatste wordt in de geneeskunde gebruikt en is voor de mens niet meer weg te denken: pijnstillende middelen als morfine en codeïne worden uit opium gehaald. Hoewel er wereldwijd verslavingsproblemen zijn met van opium afgeleide stoffen, bewijzen ze ons aan de andere kant een grote dienst. Wat voor plant is de blauwe papaver, en hoe wordt opium uit de plant gewonnen?
Herkomst en eigenschappen van maanzaad
Maanzaad zijn de kleine blauwzwarte zaadjes die worden gebruikt op brood en broodjes. Ze zijn afkomstig van de slaapbol of bolpapaver, die de naam
Papaver somniferum draagt. Deze plant krijgt paarsblauwe bloemen, is verwant aan de bekende rode klaproos en wordt ruim een meter hoog. Er is ook een variëteit met witte bloemen. Blauwe papavers, zoals ze ook worden genoemd, groeien in het wild in het Midden-Oosten. De Sumeriërs gebruikten de zaadjes al in 4000 voor Christus. In het oude Griekenland, Egypte, Italië, India en het Midden-Oosten werd de plant gebruikt vanwege de pijnstillende eigenschappen: er komt
opium in voor.
Nadat de bloem is uitgebloeid blijven de bolle zaaddozen over, met daarin de zaden. De plant is een doosvrucht: dit houdt in dat er per zaaddoos meer dan één zaadje vrijkomt. Er ontstaan poriën in de zaaddoos waar de zaadjes doorheen kunnen. Door de wind worden de intussen droge zaadjes uit de bol geslingerd. Ze zijn klein (1 mm) en blauwgrijs van kleur. Alle delen van de plant, behalve de zaadjes, zijn giftig. Het sap van de plant is zelfs dodelijk in grotere hoeveelheden, daaraan dankt deze plant ook zijn naam (somniferum= slaapbrengend).
Toepassing
Tegenwoordig worden blauwe papavers in veel landen gekweekt, hoewel het kweken in sommige landen verboden is. Voor het telen van blauwmaanzaad worden rassen gebruikt met een laag gehalte aan opiaten (stoffen met een opiumachtige werking).
Er zijn twee belangrijke toepassingen van de blauw papaver: culinair en medicinaal. Bij het culinaire gebruik van de blauwe papaver gaat het over de maanzaadjes. Bij de medicinale toepassing speelt opium de belangrijkste rol.
Culinair gebruik van maanzaad
Maanzaadjes worden in de meeste Europese landen gebruikt op brood, wat het een nootachtige smaak geeft. In het Midden-Oosten gebruikt men de zaadjes in zoete gerechten zoals taarten, puddingen en strudels. In India wordt een soort met gele zaadjes gekweekt worden ze
khas khas genoemd; men gebruikt ze daar in vleesgerechten. Er is ook een Joodse lekkernij,
hamantaschen waarbij een vulling van alleen maanzaad gebruikt wordt.
Medicinaal gebruik van de papaver
De blauwe papaver bevat opiaten: uit het vruchtvlees van de onrijpe zaadbollen wordt
opium gewonnen. In de zaadjes kunnen nog sporen van opium zitten, maar dat is heel weinig; ze kunnen veilig gegeten worden. Bij een test op het gebruik van deze stoffen kan iemand die maanzaad heeft gegeten wel positief worden bevonden.
Opium is de naam voor het ingedroogde melksap van de bollen van de blauwe papaver. Een oud woord voor opium is heulsap. Het bevat
alkaloïden; een aantal belangrijke zijn:
codeïne,
morfine en
noscapine. Alkaloiden is de verzamelnaam voor een aantal plantaardige stoffen die een sterke fysiologische of farmacologische werking hebben. Een aantal ervan wordt als genotmiddel gebruikt, andere in de geneeskunde.
Opiaten
Stoffen die uit opium worden gewonnen, noemt men opiaten, maar niet alle opiaten worden uit opium gehaald. Aan al deze stoffen kan men meer of minder verslaafd raken. Verslaving als deze is een groot probleem in alle delen van de wereld, sociaal en medisch gezien.
Daar staat tegenover dat morfine en heroïne het meest effectief werken als pijnstiller. Codeïne werkt vooral goed bij matig ernstige pijn, het onderdrukt de prikkel bij kriebelhoest en werkt ook stoppend bij
diarree. Noscapine heeft een hoestdempende werking en wordt daarom toegepast in hoestdranken en dragees. Het is zonder recept verkrijgbaar.
De andere opiaten vallen onder de
Opiumwet, waarbij via regelgeving is vastgelegd wat wel en wat niet is toegestaan met deze middelen.
Slaapbol die melksap lekt /
Bron: KGM007, Wikimedia Commons (Publiek domein)
Opiumwinning uit papaver
De bollen van de plant worden na de bloei ingekerfd, waardoor het witte melksap naar buiten druppelt. Het sap droogt op de zaadbol op en krijgt dan een bruine kleur. Dit sap wordt hierna verzameld. Door het vervolgens te zuiveren verkrijgt men hieruit morfine en codeïne. Door chemische bewerkingen kan er ook heroïne gemaakt worden. Papavers voor de opiumwinning worden vooral gekweekt in Afghanistan, in Mexico en Colombia. De VOC, de Verenigde Oost-Indische Compagnie, profiteerde in de 17e eeuw flink van de winstgevende handel in opium.