Hoe krijg ik meer vogels in de tuin?
Vogels in de tuin zijn niet alleen leuk om naar te kijken maar is ook nog eens goed tegen allerlei insecten en slakken. Met een aantal maatregelen kun je al snel meerdere soorten vogels aantrekken. Je kunt hierbij denken aan voedsel, water en schuilplaatsen. Maar welk voedsel, wanneer welk voedsel en hoe creëer je schuil en nestplaatsen?
Voedsel
Vogels zoeken in eerste instantie altijd eerst naar natuurlijk voedsel. Maar omdat met de verstedelijking in Nederland steeds meer groen verdwijnt, verdwijnt ook het voedsel voor de vogels steeds meer. Vogels eten van nature vooral insecten, zaden en vruchten. Als de vogels niet of moeilijker natuurlijk voedsel kunnen vinden gaan ze op zoek naar alternatieven zoals voer in tuinen. Het voeren in de winter is algemeen bekend, maar voeren in het voor en najaar is minstens net zo belangrijk. Door het hele jaar door te voeren vergroot je de overlevingskans in de winter. In het voorjaar zorg je er voor dat er meer jongen groot worden, en in het najaar dat de zwakkere vogels de winter ook doorkomen. Zorg ervoor dat u een vaste voederplaats inricht. Dit kan vrij eenvoudig met een voederhuisje, maar ook hangend aan een boom of een grote schaal op de tuintafel. Het tuincentrum of de lokale dierenzaak heeft altijd wel vogelzaad in huis, maar ook een oude appel of stukjes brood kunnen prima dienen als vogelvoer. In de winter is het belangrijk speciaal ei voer of vetbollen te voeren. Dit voer is net iets vetter waardoor ze de kou makkelijker de baas kunnen.
Tip: Met een stevig draad en een ouderwetse stopnaald en wat pinda’s in de dop maakt je snel een voederslinger. (leuk voor met de kinderen)
Let op! Houd de voederplaats schoon. Zodra het voer gaat schimmelen of klonteren, maak je de voederplaats schoon en vervang je het voedsel.
Schuilplaatsen
Een schuilplaats wordt vaak verward met een nestplaats. Een schuilplaats is een plaats in de tuin waar een vogel snel even in vliegt om te ontsnappen aan kou, katten en mensen. Dit zijn vaak bomen, struiken of hoog gras. Door je tuin te beplanten met deze bomen en planten maak je je tuin dus al snel aantrekkelijk voor de vogels. Door ook nog eens rekening te houden met welke bomen en planten je plant wordt het zelfs nog aantrekkelijker. Bomen en planten die bessen en zaden dragen zijn naast een goede schuilplaats ook een bron van voedsel en nestmateriaal.
Nestplaatsen
Het woord zegt het al een plaats om te nestelen. Een nestplaats is van nature een nest van takjes in de boom of in een struik, ook holtes in bomen worden wel gebruikt. Zorg vooral in het voorjaar voor veel nest materiaal. Geschikte materialen zijn:
- Hooi
- Stro
- Mos
- Dunne takjes
In de handel zijn ook verschillende nestkasten te koop. Hang de nestkast op een rustige plaats in de tuin op minimaal 2 meter hoogte. Het liefst met de opening naar het Noordoosten, maar niet in de volle zon. Het beste is om de nestkast in het najaar op te hangen, zo kunnen de vogels alvast wennen. Schoonmaken mag pas in het najaar, de nestkast wordt vaak meer dan een keer gebruikt in het voorjaar en in de zomer. Door rekening te houden met de grote van het gat in de nestkast kun je bepalen welke vogels er komen broeden.
- 25-26 millimeter Pimpelmees
- 30-32 millimeter Koolmees, Boomklever, Bonte vliegenvanger
- 35 millimeter Huismus
- Halfopen kast Merel, Winterkoning, Roodborst
Een nestkastje zelf maken is goedkoop en leuk om te doen op internet staan veel bouwtekeningen. Zorg dat het in het kastje droog blijft bijvoorbeeld door dakleer op het dakje te branden. Houd wel rekening met de eventuele verf die je gebruikt om het kastje een kleur te geven, dit mag alleen verf zijn op waterbasis.