Het waterbeertje (tardigrada): de extreme avonturier
Hoewel deze diertjes er schattig uit zien, zijn ze een stuk taaier dan de mens. Ze kunnen niet alleen extreme hitte en kou aan, ze kunnen 10 dagen in de ruimte overleven en gaan pas dood bij een straling die honderden keren hoger is dan de mens aankan. Bij zulke omstandigheden gaan ze in een staat genaamd cryobiose waarbij hun metabolisme daalt tot minder dan 0,01% en ze zo veel meer kunnen overleven. Wanneer deze omstandigheden over zijn keren ze weer terug in hun gewone staat en leven ze verder.
Inhoud
Het waterbeestje
Het waterbeertje, beerdiertje of mosbeertje (Tardigrada) is een stam van dieren die in het water leven, ze behoren tot de superstam Ecdysozoa. Deze achtpotige diertjes zijn voor het eerst ontdekt door de Duitse Pastoor Johann August Ephraim Goeze. Pas drie jaar later kreeg het diertje zijn naam: Tardigrada, wat langzame loper betekent. De diertjes kwamen 530 miljoen jaar geleden al voor op Aarde, ze komen dus al langer voor dan dinosaurussen. Tegenwoordig zijn er ruim 1150 verschillende soorten beerdiertjes beschreven.
Meestal zijn volwassen waterbeestjes zo'n 0,5-1 mm groot en een beetje gedrongen gebouwd. Ze zijn dan ook met het blote oog niet te zien, wel kunnen ze makkelijk worden bekeken door een microscoop met een lage vergroting. Hun acht pootjes zijn klein en hebben klauwtjes. Hun achterste pootjes zitten vast achter het laatste segment van hun lijfje, de andere zes pootjes zitten aan de zijkant en zorgen voor het lopen. De diertjes komen vooral voor in
(korst)mos, maar ze kunnen ook zitten in duinen, stranden, gesedimenteerd water en grond. Ze voeden zich door plantencellen, algen en kleine ongewervelde diertjes te eten. Het diertje kan onder normale omstandigheden (als de cryobiose buiten beschouwing wordt gelaten) ongeveer een jaar oud worden.
Extreme omstandigheden
Hoewel je het misschien niet zou zeggen kan dit diertje extreme omstandigheden aan. Er zijn verschillende tests uitgevoerd om te bekijken waar dit beestje allemaal toe in staat is, allemaal even verbazingwekkend. Ze kunnen enorme kou aan rond het absolute nulpunt (-273 graden Celsius), maar ook enorme hitte tot het kookpunt. Ze kunnen enorm hoge druk aan die in het diepste van de oceaan wordt gevonden, maar ook het vacuüm in de ruimte kunnen ze weerstaan. Daarnaast kunnen ze straling aan die honderd keer hoger is dan wat mensen aankunnen.
Ze kunnen meer dan 10 jaar zonder eten en uitdrogen totdat ze nog maar uit 3% water bestaan. Wanneer het beestje is uitgedroogd zal het in een staat terecht komen die cryobiose heet, ook wel schijndood. Geef het beestje 200 jaar later weer wat water en het zal weer tot leven komen.
Cryobiose
De cryobiotische is een staat van een dier waarin het reageert op ongunstige omstandigheden zoals bevriezing. In deze staat stoppen alle metabolische processen zodat er geen voortplanting, ontwikkeling en herstel plaatsvindt. Bij het beerdiertje daalt het metabolisme naar minder dan 0,01% van normaal. In deze staat kan het beerdiertje dus alle extreme omstandigheden zoals temperatuur, straling en druk aan. Als de omstandigheden weer normaal worden, keert het beerdiertje terug naar zijn originele metabole staat.
De ruimte in
Zoals eerder genoemd kunnen beerdiertjes het vacuüm van de ruimte weerstaan. In 2007 is een experiment uitgevoerd om te kijken of deze kleine beestjes in de ruimte zouden kunnen overleven. Dit konden ze voor 10 dagen. Het was niet de koude of het vacuüm dat ze de das om deed. Na 10 dagen overleden ze aan de extreme straling die in de ruimte zit. Ook al zijn buitenaardse wezens niet bewezen, zo'n beestje als het beerdiertje zou zich best kunnen huisvesten op een andere planeet met extremere omstandigheden dan de aarde.
Extremofielen
Dieren worden extremofielen genoemd als ze in extreme omstandigheden kunnen overleven. Er zijn enkele andere organismen die ook zulke extreme omstandigheden aankunnen, maar vaak zijn dit kleinere organismen zoals schimmels en bacteriën. Geen enkel extremofiel organisme is zo ontwikkeld als het beerdiertje.
Voortplanting
Beerdiertjes kunnen zich zowel geslachtelijk als ongeslachtelijk voortplanten. Dit laatste gebeurt het meest, de eicel van het vrouwtje bevat het gehele genoom, het is daarom niet nodig om bevrucht te worden. Het beestje plant zich alleen voort als de omstandigheden dit toelaten. Het liefst doen ze dit bij kamertemperatuur, en er moet water aanwezig zijn. Tardigrada kunnen ook eieren leggen, 1 tot 30 per keer, deze komen na 5 tot 14 dagen uit. Vaak zijn deze eieren rond, maar ze kunnen ook andere vormen hebben. Als de eieren uitkomen, komen er volwassen cellen uit. Dit betekent dat de cellen niet delen, maar alleen maar in grootte toenemen. De beerdiertjes kunnen ongeveer 12 keer vervellen, waardoor ze nieuwe cellen krijgen.