Schapen: meer dan leveranciers van wol, vlees en melk
Een schaap een `gewoon´ dier? Het begint al bij het lammetje: symbool van de lente. De dartele, springerige jonge schapen zorgen voor vertederende taferelen in veel weilanden in het voorjaar. Als het niet geslacht wordt om het lamsvlees, groeit het op tot een 'gewoon' schaap. Maar zo gewoon is een schaap niet. Er zijn weide- en heideschapen, vleesrassen en melkrassen. Ze vormen het basisvoedsel voor speciale gerechten als haggis en de (originele) shoarma. Ze doen dienst als dijkbeschermers, lokken toeristen naar schaapskooien en schaapscheerdersfeesten, worden ritueel geslacht in onze multiculturele samenleving en zorgen voor bijvoorbeeld warme kleding en dekbedden. En dan zou dit dier je ook nog in slaap weten te krijgen door ze te tellen als ze over hekjes springen. Daarbij moeten schapen wel uitkijken niet op hun rug terecht te komen. Een schaap dat op haar rug ligt kan in coma raken en sterven.
Lammetjes in de wei: zichtbare bewijzen van de lente
Voor menigeen vormen lammetjes in de wei het beeld van de lente. Het dartele gedrag, het drinken bij moederschaap in de versgroene weilanden onder een lekker voorjaarszonnetje is een vertederend beeld. Iedereen weet dat een lammetje een jong schaap is maar voor menigeen houdt daarna de kennis toch wel op.
Enkele feitjes:
- Een lam is een jong schaap.
- Een vrouwtje is een ooi.
- Een mannetje heet een ram.
- Een gecastreerde ram een hamel.
- Een leidinggevende hamel bij een kudde draagt een bel: de belhamel.
- Een lammetje dat nog bij moeder drinkt heet een zuiglam.
- Een lammetje dat niet door de moeder is grootgebracht, maar met de fles is bijgevoed is een leblam.
- Een soort emmer met spenen eraan om een leblam groot te brengen heet een lambar.
- Als een ooi een lammetje ter wereld gaat brengen heet dat lammeren.
- Een ooi lammert 150 dagen na de bevruchting door de ram of door KI. (kunstmatige inseminatie)
- Na twee dagen kan men zien of het lam een ooitje of een rammetje is aan de bouw en lichaamsstructuur. Rammetjes zijn steviger en dikker, ooitjes zijn teerder, soepeler en lichter gebouwd.
- Lammetjes blijven heel lang dartel en springerig, zelfs tot anderhalf jaar na hun geboorte.
- Een schaap dat op haar rug ligt en zelf niet kan opstaan heet verwenteld schaap.
Lamsvlees is mager vlees
Niet alle lammetjes halen de 'status' van schaap. Vele belanden op het bord van een restaurantbezoeker in de vorm van een lamskotelet of lamsboutje.
Wat is lamsvlees?
Lamsvlees is vlees van lammeren die
minder dan een jaar oud zijn. Het vlees is mager. Het vlees van een volwassen schaap is vet.
Soorten lammeren voor lamsvlees
Voor lamsvlees gebruikt men verschillende soorten lammeren:
- Babylam : een melkgevoed lam tussen 6 en 8 weken oud.
- Lentelam : een melkgevoed lam, 3 à 5 maanden oud, geboren in de late winter of het vroege voorjaar
- Melklam : niet-gespeend lam, meestal 4 tot 6 weken oud met een gewicht tussen 5,5 kg tot 8 kg.
- Salt Marsh-lam: vlees van lammeren, waarvan de moeder graast op zilte (zoute) kwelders bij de zee.
Soorten lamsvlees
Het bekendste vleesproduct van lammetjes is de lamskotelet. Maar er is veel meer:
- Lamskoteletten: worden gesneden uit het rib-, lende- en schoudergebied.
- Lendekarbonades: bevatten nog een rugwervel
- Lamslapjes: worden gesneden uit de voor de voor- en achterbout.
- Lamsrollade: uit de voor de voor- en achterbout.
- Lambsrack: komt van de rug
- Rib chops: een ribbeen met vlees.
- Gehakt: uit buikvlees vervaardigd
- Soepvlees: uit buikvlees vervaardigd
- Shoarma: uit buikvlees vervaardigd
- Lamsbout: Het gehele been.
- Lamsborst: uiteraard de borst
Het schaap
Een lammetje dat wel volwassen wordt, is dus uiteindelijk een schaap. Het schaap is een herkauwer en is verwant met
de geit en de moeflon. Het eet vooral gras en kruidachtigen dat het met het gebit afsnijdt. Het kan veel korter gras eten dan een koe, doordat het gebit anders is. Hoektanden heeft een schaap bijvoorbeeld niet. Een schaap snijdt het gras af, terwijl een koe het gras met haar tong lostrekt. De schapen die we in de wei zien zijn meestal ooien. Slechts enkele rammen zijn goed voor de voortplanting, maar de meeste komen niet verder dan het slachthuis.
Geschiedenis van het schaap
Een schaap lijkt zo gewoon, maar dat is het zeker niet. Het is een van de eerst gedomesticeerde diersoorten, rond 7500 voor Christus. Het gedomesticeerde schaap stamt af van
wilde schapen. Oerial en dikhoornschaap bijvoorbeeld zijn wilde schapen. Alle schaapsoorten zijn
kuddedieren. In Nederland is men vanaf ongeveer 5000 v. Chr. schapen in kuddes gaan houden. De schaapherder trok rond met zijn kudde om steeds voldoende voedsel voor zijn kudde te hebben..
In de Middeleeuwen werden de schapen nog als rondtrekkende kudden gehouden, maar voor het eerst ook in weilanden die omheind waren. Het houden van schapen in afgezette weilanden was efficiënter om gebruik te kunnen maken van de producten die deze dieren leveren. Bovendien ontstonden in die tijd de eerste steden waarin de poorters(stedelingen) graag de schapenproducten wilden kopen. Stad en platteland dus. Boeren konden vanaf dat moment hun producten verkopen op de markten in de stad.
Nederlandse heideschapen
In ons land onderscheiden we de schapenrassen in twee soorten:
- De heideschapen
- De weideschapen
Heideschapen
Heideschapen hebben zich ontwikkeld op heide en zandgrond die vooral in Oost-Nederland en Noord-Brabant voorkwamen. Overdag graasden de dieren op uitgestrekte, ruige en vooral voedselarme gronden. 's Avonds werden ze bijeen gedreven in de
potstal, waarin de mest werd verzameld om gebruikt te worden op de armetierige akkers.
Bij de heideschapen wordt onderscheid gemaakt tussen grote heideschapen en kleine heideschapen:
Grote heideschapen
- Veluwse heideschaap
- Kempense heideschaap
- Schoonebeeker
Kleine heideschaap
Nederlandse weideschapen
Weideschapen hebben zich ontwikkeld op voedselrijke gronden bij de rivieren, langs de kust en in het mergelland. Weideschapen zijn op te splitsen in rassen voor het vlees en rassen voor de melk.
Vleesrassen:
/
Bron: Kaz, Pixabay
- De Texelaar
- Mergellandschaap
- Swifters
- Blauwe Texelaar
- Flevolander
- Noordhollander
- Nederlands Bonte Schaap
Melkrassen:
- Fries melkschaap.
- Zeeuws melkschaap.
- Zwartbles.
Het schaap als leverancier van diverse producten
Zoals eerder gezegd; zo gewoon is een schaap eigenlijk niet. In Nederland werden in 2010 ongeveer 1,1 miljoen schapen gehouden. Schapen leveren een groot aantal producten voor de mensen:
- wol: gebruikt voor diverse textielproducten.
- Schapenvlees: Schapenvlees is van een dier ouder dan 1 jaar en is vetter dan lamsvlees en ook sterker van smaak.
- Schapenmaag: de schapenmaag wordt gebruikt in traditionele gerechten als tripes en haggis: schapenmaag, gevuld met onder meer stukjes long, hart en lever. Een delicatesse in vooral Schotland, maar vindt in ons land ook meer liefhebbers.
- Schapenmelk: onder andere geschikt voor mensen met koemelkallergie
- Schapendarmen: uit schapendarmen werden vroeger condooms gemaakt, tegenwoordig nog gebruikt voor snaren voor violen en andere strijkinstrumenten.
- Dijkbescherming: langs waterkeringen geldt het gezegde: "Vier gouden pootjes en een gouden bekkie", Daarom worden schapen op dijken geweid. Met hun 'vier gouden pootjes' trappen ze de grond vast en met hun 'gouden bekkie' voorkomen ze dat struiken en bomen op de dijk groeien die met hun wortels de dijk kunnen beschadigen.
- Schapenkaas: schapenkaas is rijker aan vitamine A, B en C dan koeien- en geitenkaas. Dit geldt met name voor Vitamine B13 (Orootzuur).
Enkele soorten schapenkaas en land van herkomst
- Feta, Griekenland
- Azeito, Portugal
- Brin d’amour, Corsica
- Broccio, Corsica
- Bryndza, Slowakije
- Castelo Branco, Portugal
- Manchego, Spanje (La Mancha)
- Niolo, Corsica
- Ossau-Iraty, Baskenland
- Ossau Iraty Aramits, Baskenland
- Paški sir, Kroatië (eiland Pag)
- Pecorino, Italië
- Pérail, Frankrijk (Aveyron)
- Ricotta brebis, Italië
- Roquefort, Frankrijk (Aveyron)
- Saloio, Portugal
- Serpa, Portugal
- Serra, Portugal
- Tesselse schapenkaas, Nederland
Ritueel slachten van een schaap bij moslims
- Bij de islamitische rituele slacht, Dhabiha, krijgt het schaap een halssnede en sterft door doodbloeden.
- De slachter moet een moslim zijn die bekwaam is in het slachten,
- De slachtplaats moet rein zijn.
- Het slachtmes niet zichtbaar zijn voor het dier
- Het slachtmes mag niet in de nabijheid van het dier geslepen worden
- Het slachten mag niet door andere dieren gezien worden.
- Het schaap wordt met de kop in de richting van Mekka geplaatst
- De slachter moet de woorden Bismillah, Allahoe Akbar (in naam van God, God is de grootste) uitspreken, waarmee hij zijn dankbaarheid en respect uit voor God die, volgens de islam, in het voedsel voorziet.
- Dan worden in één beweging de halsslagader en de luchtpijp doorgesneden.
Schapen met kleuren op de rug
Rond november kan men in de wei of op de heide schapen zien die een gekleurde vlek op de vacht hebben. Veel mensen denken dat deze dieren zijn gemarkeerd voor de slacht., maar dat klopt niet. Het zijn ooien die door een ram zijn gedekt. Rammen worden in de herfst namelijk tussen de ooien losgelaten met een dekblok onder de buik gebonden. Dat dekblok is met rood, groen of blauw krijt gekleurd. Als de ram de ooi bespringt geeft het dekblok de betreffende kleur af op de rug van de ooi. Op
deze manier kan worden bijgehouden welke ooien door welke ram gedekt zijn en.wanneer elk schaap moet lammeren.
Een schaap dat op haar rug ligt is zonder hulp in levensgevaar
Een schaap dat op haar rug ligt en zelf niet kan opstaan heet een verwenteld schaap en heeft.directe hulp nodig. Die moet zeer zorgvuldig gebeuren, omdat ondeskundige hulp kan leiden tot maagkanteling (maagtorsie). Het gevolg daarvan kan zijn dat het dier in coma kan raken en sterft.
Het schaap en toerisme: schaapskuddes, schaapskooien en schaapsscheerdersfeesten
Veel heideschapen worden in kuddes gehouden die met een schaapsherder over de heidevelden trekken. De schapen begrazen deze velden, waardoor de heide optimaal kan groeien en bloeien. Naast deze functie hebben de schaapskuddes ook een aantrekkingskracht op
toeristen.
Enkele schaapskuddes in Nederland
Drenthe
- De Ruiner Schaapskudde
- Schaapskudde Balloerveld
- Herders van Balloo
- Schaapskudde Exloo
- De Holtinger Schaapskudde Uffulte
- Schaapskudde Drents-Friese wold
- Schaapskudde Westerbork Orvelte
Overijssel
Gelderland
- Schaapskudde Epe - Heerde
- Ermelose Schaapskudde
- Schaapskudde Loenen
- Schaapskudde Nunspeet/Elspeet
- Edese schaapskudde
- Landschapskudde Oost-Achterhoek Winterswijk
- Schaapskudde 't Needse Vleer Neede
Utrecht
- Schaapskooi Heidestein Zeist
- Schaapskooi Leersum
Noord-Holland
- Schaapskooi Blaricummerheide
- Schaapskudde Midden Delfland
Noord - Brabant
Schaapscheerdersfeesten
In juni/juli moeten de schapen van hun vacht worden ontdaan. Bij veel kuddes wordt daar een
toeristenevenement van gemaakt. Het scheren van de schapen dat dan vaak met
de handschaar gebeurt, trekt heel veel mensen die zich daarnaast ook vaak kunnen vermaken op een markt, workshops, braderie e.d.
Bron: AJEL, Pixabay Schaapskooien
Op verschillende momenten van het jaar zijn de schaapskooien, de plaats waar de kudde regelmatig verblijft, ook voor publiek toegankelijk. Zo zijn er bijvoorbeeld de lammetjesdagen en rond Kerstmis hebben sommige schaapkooien en levende kerststal.
Een schaap een `gewoon´ dier?