Rozenkransje of Antennaria dioica
Rozenkransje. Alleen al om zijn naam is dit miniplantje de moeite waard. Een kristelijke betekenis lijkt de naam niet te hebben. Hij zou eerder ontstaan zijn omdat kinderen bloem en steel gebruikten om kransjes te vlechten. Deze kransjes opgehangen in huis zouden ook tegen blikseminslag beschermen.
Het plantje moet dus ooit in de natuur wel algemeen geweest zijn. Nu is het in Nederland en Belgie zeer zeldzaam geworden. In de Alpen daarentegen is het nog steeds een van de meest voorkomende plantjes.
Antennaria of antenne
De naam antennaria is afkomstig van het Latijnse antenna, voelspriet van insecten, de knotsvormige verdikte haren van de manlijke bloemen lijken op voelsprieten. Al moet je dan al bijzonder goed naar het kleine plantje kijken. De vrouwelijke bloemen zijn daarentegen draadvormig. Het gescheiden voorkomen van de manlijke en vrouwelijke planten vindt men terug in de soortnaam dioica. Dioica betekent tweehuizig.
Dodoens over het rozenkransje of cleyn nagelcruydt
Bij Dodonaeus heette de plant Cleyn nagelcruydt of Gnaphalium montanum. Maar hij voegt eraan toe, dat anderen haar ook noemden Cleyn muysenoor of Pilosélla minor. Onder Groot muysoorken verstaan we nu Hïeracium pilosélla, dat nu in de Nederlandse flora vermeld staat als Muizeoor. Beide soorten hebben behaarde, lepelvormige bladeren, die in een rozet op de grond liggen. Dodoens over het Rozenkransje 'Die aldercleynste Piloselle es den voorscreven ghelijck maer veel minder/ sijn bladerkens sijn cleyn/ tseghen der aerden wit hayrachtich. Die bloemkens wassen aen dopperste van den stelen veel by een ende zijn van coluere som wit/ som root/ som bruyn/ som ghespeeckelt. Die wortel es cleyn en veeselachtigh'.
Andere namen
Omdat de plant viltig behaard is, kreeg zij de naam van Kattepootje, een naam die men in het buitenland ook tegenkomt. Duitsland Katzenpfötchen en Frankrijk Pied-de-chat (Antennaire dioïque). Het Rozenkransje is, mede door de beharing, geschikt om gedroogd te worden, zoals dit ook gebeurt met Edelweiss. Namen die daarop duiden zijn strobloem, droogbloem, wolgras en zevenjaarsbloem. De sterke beharing zorgt er voor dat deze planten makkelijk vocht kunnen vasthouden op de droge zand- of heidegrond waarin ze groeien. De benaming zevenjaarsbloem duidt er op dat men een bosje rozenkransjes heel lang kan bewaren en dat ook de roze bloem mooi op kleur blijft.
Rozenkransje als geneeskruid
In de volksgeneeskunst gebruikte men het kruid als thee bij borstkwalen. In Duitsland gebruikte men de plant tegen diarree, vandaar de naam van Ruhrkraut. Het plantje was medicinaal toch vooral bekend tegen borstkwalen, hoest en verkoudheden. Het werd verwerkt in de zogenaamde bloementhee samen met klaprozen, korenbloemen, echte kamille en enkele andere. Ooit is het zelfs een officieel geneeskruid geweest, het werd beschreven in de 5de Belgische Farmacopee (BF V). Vandebussche schrijft 'het plantje bezit veelzijdige therapeutische eigenschappen en wordt als hoesstillend, galdrijvend en diuretisch middel aangewend'.
De borstkruiden uit de BF V waren samengesteld uit gelijke delen heemstbloem, kaasjeskruidbloem, rozenkransje en toortsbloem. Aftreksel van 1 koffielepel kruiden voor 1 tas (kopje) kokend water. Per dag 2 tot 3 tassen thee drinken.
Ook in de Species pectorales van de Franse Pharmacopee VIII kwamen de rozenkransjes voor, daar ook met oa klein hoefbladbloem en driekleurig viooltje.
Ooit was het roze bloemetje in heel Nederland en België algemeen in duin- en heidegebieden. Nu is het bijna verdwenen o.a. door het dichtgroeien van de duinen en het verdwijnen van de konijnen. Het plukken als medicijn is dan ook niet meer mogelijk en onverantwoord. Toch kunnen we het gemakkelijk kweken in onze eigen rotstuin, het is ook verkrijgbaar in de meeste tuincentra. Zo helpen we de natuur een handje en kunnen we toch nog een bloemetje in onze kruidenthee verwerken.
Namen van Antennaria
- Nederlands: Rozenkransje (Rozekransje)
- English: Mountain Everlasting (Stoloniferous pussytoes)
- Français: Pied-de-chat (Antennaire dioïque)
- Deutsch: Katzenpfötchen
- Wetenschappelijk: Antennaria dioica
- Familie: Composietenfamilie, Asteraceae (Compositae)