Gewone zilverspar, Abies alba
De gewone zilverspar, Abies alba, is een naaldboom die weinig Nederland voorkomt. In andere landen, vooral de Europese berggebieden, groeit hij veelvuldig. De stam is dik en lang, waardoor hij bijzonder geschikt is voor scheepsmasten. De gewone zilverspar was de eerste boom die als kerstboom werd gebruikt, maar wordt inmiddels nauwelijks meer in huis gehaald wegens zijn vorm en de kosten voor het kweken. Deze zilverspar is een van de weinige naaldboomsoorten die gevoelig is voor wildvraat.
Taxonomische indeling
- Klasse: Spermatopsida
- Orde: Coniferales
- Familie: Pinaceae
- Geslacht: Abies
- Soort: Abies alba
Omschrijving
Een tak, de bloeiwijzen en verschillende kegelstadia van de gewone zilverspar /
Bron: Kilom691, Wikimedia Commons (Publiek domein)
De gewone zilverspar is een naaldboom met een smalle, kegelvormige kroon met een platte top. De takken groeien in takkransen. Dit houdt in dat de boom ieder jaar een nieuwe krans maakt, waarvan alle takken zich op dezelfde hoogte bevinden. De takken van de gewone zilverspar groeien horizontaal. De stam van deze boom is grijsachtig. De naalden groeien rondom de twijgen en niet in het platte vlak. De kegels van de gewone zilverspar staan rechtop en zijn cilindervormig. Ze worden maximaal twintig centimeter lang. De boom kan tot 60 meter hoog worden, hoewel deze hoogte alleen onder ideale groeiomstandigheden wordt bereikt. De stam is – behalve lang – dik en stevig.
Verspreiding
De gewone zilverspar komt van nature voor in de Pyreneeën tot de Alpen en de Balkan. Hier vormt hij grote bossen. Buiten dit gebied is soms een enkele zilverspar in het bos te vinden. In Nederland is hij als exoot slechts zelden in de bossen te vinden, dit omdat de klimaatomstandigheden niet geschikt zijn voor deze soort. De bomen die in de bossen staan zijn afstammelingen van aangeplante exemplaren. Buiten de bossen is de gewone zilverspar soms in parken en tuinen te vinden.
Omgeving
De gewone zilverspar groeit het beste in de bergen. Om optimale groei te bereiken, staat hij op een hoogte van 800 tot 2000 meter. Hij heeft rijke bodems met een goede vochtvoorziening nodig. Hier wortelt hij diep, en dat is nodig ook. De gewone zilverspar is zeer gevoelig voor droogte tijdens het groeiseizoen. Hij is bijzonder schaduwtolerant, en verjongt zelfs alleen als er voldoende schaduw is. Als een van de weinige naaldboomsoorten is de gewone zilverspar gevoelig voor wildvraat.
Voortplanting
De gewone zilverspar bloeit in mei. De vrouwelijke bloemen zijn geelgroen, de mannelijke bloemen geelrood. De kegels staan rechtop aan de takken, en hebben dekschubben die langer zijn dan de kegelschubben.
En de mens
Het hout van de gewone zilverspar is geschikt als constructiehout, maar het is van mindere kwaliteit en moeilijker te bewerken dan het hout van de fijnspar. De boom heeft echter een stevige, dikke stam die nauwelijks dunner wordt naarmate hoger in de boom gemeten wordt. Hierdoor werd de boom bijzonder veel gebruikt voor scheepsmasten. De VOC stuurde vroeger speciale gezanten naar Midden Europa om geschikte bomen te zoeken.
Verder staat de gewone zilverspar bekent als een kerstboom. Het was de eerste boom die voor deze functie werd gebruikt, maar inmiddels is hij niet meer populair. Dit omdat hij relatief duur is om te kweken, en hij niet zo’n mooie vorm heeft als bijvoorbeeld de Nordmann-spar. De oliën uit de naalden en kegels wordt gebruikt in verschillende parfums en cosmetische producten.