De giftige maar mooie monnikskap
De blauwe monnikskap bloeit in de herfst en vormt een prachtige combinatie met andere gewassen. Sommige varianten van deze plant bloeien wel tot eind oktober. Het blauw van de monnikskap is bovendien zo diep dat het een genot voor de ogen is. De monnikskap is echter wel diepgiftig en kan mensen zelfs verlammen.
Monnikskap is een bergplant
De natuurlijke habitat van de monnikskap is een vochtige bergweide op zo’n duizend tot veertienhonderd meter hoogte. In Midden-Europa komt de plant dan ook vooral voor in de bergen. Overigens is er ook een soort die gele bloemen voortbrengt. Deze plant bloeit echter veel vroeger in het seizoen.
De naam monnikskap komt van de vorm van de bloem
De Nederlandse naam monnikskap heeft te maken met de vorm van de bloem. Het bovenste bloemblaadje is namelijk gevormd als een kap aan een monnikspij. In andere talen wordt de plant overigens geassocieerd met een wolf. Wolfs Eisenhut, Wolfs ban zijn namen die in het buitenland worden gebruikt. Ook in Nederland heette de plant vroeger anders: Wolfswortel. Dit vanwege de grijsbruine wortelknollen waarmee de blauwe monnikskappen de winter overleefden. De wolf in kwestie is overigens de
hellehond Cerberus, die de geesten toegang verleent tot de
Hades of de onderwereld. Ook wordt er wel de hond
Fenris mee aangeduid uit de Germaanse mythologie die verandert in een wolf. Uit het speeksel of het bloed van deze hond zou de wolfswortel zijn uitgegroeid die erg giftig is.
Giftige en hallucinerende eigenschappen vooral voor heksensoep
Dat de plant giftige en hallucinerende eigenschappen heeft is door de eeuwen heen doorgegeven. De plant werd genoemd in de verhalen rondom hekserij en er werd van het gewas in die verhalen dan ook heksenzalf of heksensoep van gemaakt. Zij werden gebrouwen om de heksen vervolgens te laten vliegen (waarmee de hallucinerende werking werd bedoeld) of om andere mensen mee te beheksen of ze ermee te vergiftigen. Veel van die verhalen waren overigens bedoeld om mensen angstig mee te maken.
Akoniton
Aconitum of akoniton waarmee de monnikskap ook wordt aangeduid, was volgens de overlevering de plant die de Griekse koningin Hekate kweekte aan de rivier de Phasis. (die nu Rioni heet). Ook de Griekse dichter Ovidius laat in zijn Metamorfosen weten dat Meda met akoniton gif maakte.
Aanraking met Monnikskap kan al een lichte vergiftiging opleveren
De monnikskap is ook echt heel giftig. Zo giftig zelfs dat de aanraking van de plant al een lichte vergiftiging kan opleveren. Door het huidcontact waarbij melksap uit de plant op de huid komt verschijnen er blaren op de huid. De stof die dit veroorzaakt is
protoanemonine, een vluchtige etherische olie. Daarnaast bevat de monnikskap ook
giftige alkaloïden zoals aconitine. Net als andere alkaloïden werkt dit gif in op het zenuwstelsel waarbij vooral de uiteinden van de spieren worden beschadigd. Door contact met de plant dringt het gif via de huid door in het weefsel. Dit levert eerst een prikkeling op van de zenuwen, die de spieren besturen.
Het gif van de Monnikskap: eerst overprikkeling, dan gevoelloosheid
Na die eerste prikkelingsfase volgt een heel ander proces namelijk dat van gevoelloosheid. Vervolgens kan zelfs verlamming optreden. Wie dus met monnikskappen werkt, moet werken met handschoenen aan. Die handschoenen moeten vervolgens gereinigd kunnen worden of uitgewassen, want daarna in contact treden met de stof via de buitenkant van de handschoenen levert dit weer dezelfde klachten op. Ook is het goed om na het werken met de plant (ook bij het dragen van handschoenen) de handen goed te wassen.
Monnikskap in de homeopathie en de Kampogeneeskunde
De knollen van de blauwe Monnikskap werden ooit genoemd als een mogelijk geneesmiddel tegen zenuwpijnen. Dit idee is echter losgelaten omdat de risico’s van overdoseringen en ongewenste bijwerkingen veel te groot bleken te zijn. In de homeopathie en de Japanse kampogeneeskunde wordt het middel nog wel steeds genoemd. In de homeopathie wordt het middel heel erg verdund toegediend bij acute paniek en doosangst. De Kampogeneeskunde gebruikt het bij verschillende klachten, uiteenlopend van rugpijn tot hoge bloeddruk. Pijnklachten zouden worden verholpen of verminderd door de verdovende effecten die aconitine heeft op de zenuwen.