Een zomer- en winterhotel voor insecten
Een insectenhotel is een plek voor insecten gemaakt door mensenhanden. Insecten als solitaire bijen, wespen en hommels die niet als volk bij elkaar leven zoals de honingbij wel doet. Vlinders, parasitaire insecten, en andere insecten vinden er een plek om eitjes te leggen in het voorjaar, te overwinteren in de winter of te schuilen bij slecht weer. Insecten die gebruik maken van het hotel geven je het genot om verschillende soorten insecten te mogen zien in de tuin en om mee te werken aan een ecologisch systeem in de tuin.
Het insectenhotel
Een insectenhotel is een gemaakte opbouw waar verschillen ruimtes in gemaakt zijn voor verschillende soorten insecten. De ruimtes en het insectenhotel kunnen gemaakt zijn van materiaal dat in en om de woning te vinden is, zoals;
- Stro;
- Holle bamboestengels;
- Riet;
- Holle zonnebloemstengels;
- Houtsnippers of schaafsel;
- Oude dakpannen;
- Hout;
- Baksteen met gaten;
- Schors.
Nuttigheid
Een insectenhotel is nuttig voor de:
- insecten;
- tuin;
- bewoners zelf.
Voor insecten
Verschillende insecten en andere dieren wordt de gelegenheid gegeven om de eitjes in te leggen, in de winter een schuilplek te vinden om te overwinteren en om in te schuilen.
De metselbij kruipt uit het insectenhotel.
De tuin
Een insectenhotel werkt mee aan de ecologische tuin. In een ecologische tuin heerst een kringloop of cyclus waarbij alles aan elkaar vast hangt. Waar het begin eindigt bij het eind en wat de kringloop rond maakt. Bijvoorbeeld dat het groenafval op de composthoop gaat om te composteren tot humus en plaats geeft aan miljoenen kleine beestjes. Afval van takken en heggen wordt versnipperd om te helpen de compost om te zetten in humus of in de tuin te gebruiken. Er is ruimte gemaakt voor de bestuivers om de bloemen en fruitbomen in de tuin te bestuiven en zodoende te zorgen voor de oogst in het najaar. In een insectenhotel is gedacht aan het lieveheersbeestje en de gaasvlieg die meehelpen de luizen op de je rozenstruiken of tuinbonen in de moestuin, tegen te gaan. Het een is de bedoeling, houdt het ander in stand.
De bewoner
De vlinders die overwinteren in de omgeving van de tuin, vliegen in het voorjaar uit in jouw tuin, op zoek naar nectar. Mooi is het dan om met zonnig weer de vlinders te zien vliegen in de tuin. Het zijn de eerste vlinders die in het voorjaar te zien zijn. Overwinterende dagvlinders kunnen zijn:
- de citroenvlinder;
- de dagpauwoog;
- de gehakkelde aurelia
- de kleine vos.
De citroenvlinder
Bijenhotel en vlinderkast versus insectenhotel
In een bijenhotel is er alleen plek voor de verschillende bijen, wespen en parasitaire bijen. Deze leggen de eieren in de holle stengels van o.a. bamboe en vervolgens sluiten ze de opening met een soort secreet (speeksel van de bij). In het voorjaar breken de jonge bijen de afgedekte opening open. Een vlinderkast is voor alleen voor vlinders om te overwinteren of te schuilen wanneer het regent. Een kast die lijkt op een vogelhuisje alleen met verticale gleuven als ingang en wat droge dorre bladeren op de bodem van de kast en takjes verticaal. In een insectenhotel is er naast de bijen, wespen en vlinders plaats voor kevers, netvleugeligen en schaaldieren.
Solitaire bijen, wespen en parasitaire bijen
Een bijen- of insectenhotel geeft de kans aan verschillende soorten bijen, wespen en solitaire bijen om de eitjes te leggen en om te overwinteren. Soortgenoten van de bijen, wespen en mieren zoals o.a. de:
- metselbij;
- grasbij;
- wolbij;
- muurwesp;
- behangersbij;
- wolbij;
- sluipwespen;
- koekoeksbijen;
- maskerbij.
Sluipwesp
Solitaire wespen en bijen leven alleen (solitair) en niet in een georganiseerde kolonie (sociaal) zoals de honingbij en sommige hommelsoorten Solitaire mannelijke bijen hebben geen angel en kunnen niet steken. De solitaire vrouwtjesbijen hebben een heel kleine angel, die niet door de mensenhuid komt. Het verschil met een honingbij en bijvoorbeeld een metselbij is dat de laatste geen kolonie hoeft te verdedigen. Ook de limonadewesp (de gewone wesp en de Duitse wesp) leeft in een kolonie.
Sluipwespen, koekoeksbij en koekoekshommel
De koekoeksbij is een wespbij en wespbijen zijn een geslacht van parasitaire bijen. Net als bij de vogelsoort koekoek die haar eieren legt bij een andere vogelsoort in het nest en de al gelegde eieren eruit gooit, legt de wespbij haar eitjes in de broedcel van een ander soort. De larve van de wespbij doodt de eitjes van de gastheer en wordt vervolgens gevoed door de gastheer en/of gastvrouw. Ook sluipwespen, waar veel telers dankbaar gebruik van maken, leggen de eieren in of op andere insecten die we liever niet hebben in de tuin (ecologisch tuinieren).Ook bestaat er een broedparasiet als hommel, de grote koekoekshommel en de rode koekoekshommel. De grote- en rode koekoekshommel bouwen geen eigen nest maar maken gebruik van de nesten van andere hommels (de grote koekoekshommel vooral van de aardhommel) en legt hier de eieren. De rode koekoekshommel vooral in het nest van de steenhommel.
Materiaal voor een insecten- of bijenhotel
De verschillende solitaire bijen broeden in ronde holle stengels of in gaatjes in het hout. De gaten in een bijenhotel hebben om zoveel mogelijk bijen of wespen een kans te bieden, verschillende doorsnedes, van twee tot tien millimeter. De boorgaten moeten niet rafelig zijn want dan wil geen bij of wesp er gebruik van maken. Rafelige randen beschadigen de vleugels. Plaats een overstekend afdakje op het bijenhotel zodat er zo min mogelijk regenwater in de stengels of in de houtgaten komt. Bescherm eventueel het geheel tegen spinnen met fijnmazig gaas.
Gaasvliegen
Gaasvliegen, ook wel goudoogjes genoemd, zijn familie van insecten uit de orde van de netvleugeligen. In de verhouding lichaamslengte - vleugels, zijn de doorzichtige vleugels bijzonder groot. De doorzichtige vleugels hebben een fijn lijnenspel door de vleugeladers. De gaasvlieg gebruikt het insectenhotel het hele jaar door als onderkomen. In het insectenhotel is een ruimte met het liefst een felrode deur met horizontale openingen gemaakt, met daarachter de ruimte gedeeltelijk opgevuld met stro, houtwol (wat als verpakkingsmateriaal wordt gebruikt), houtkrullen of houtsnippers.
LHB’tje
Lieveheersbeestje (LHB’tje) en oorwurmen
Lieveheersbeestjes zijn familie van de kevers of torren en zijn gevleugelde insecten. Ook de oorworm hoort bij de orde van de gevleugelde insecten. Deze insecten zijn dol op bladluizen en spintmijten. Spintmijten en luizen zijn piepkleine insecten die leven van het sap van een plant en die we liever niet in de tuin hebben. Van de oorworm is al langer bekend om een stenen bloempot op te hangen in de tuin of moestuin met stro, hooi of houtwol waar de oorworm nestgelegenheid kan vinden. In een insectenhotel kan een ruimte opgevuld worden met stro, houtkrullen of dennenappels om lieveheersbeestjes en oorwormen nestgelegenheid te bieden. Zo schep je een unieke gelegenheid om ecologisch te tuinieren.
Dagpauwoog
Vlinders
Vlinders of schubvleugeligen zijn familie van gevleugelde insecten en kunnen dagactief, nachtactief en schemeractief zijn. In het insectenhotel kan een verblijf als overwinteringsplek of schuilplek bij slecht weer, ingericht worden. Een aantal vlinders overwinteren namelijk in Nederland als
vlinder, eitje, rups, pop of ze vertrekken naar warmere landen (de trekvlinders). Vlinders die overwinteren als vlinder zoeken een plek in een schuurtje, op zolder of holle boom. Leg in de kamer van het insectenhotel of vlinderhotel een aantal dorre takken en sluit af met een plankje waarin verticale gleuven van twee centimeter tot tien centimeter inzitten. De verticale spleten dienen als ingang en houden rekening met de gevoelige vleugels van de vlinder.
Pissebedden
Pissebedden of keldermotten zijn koudbloedige schaaldieren, en familie van de kreeftachtigen. Een kleine groep, de landpissebedden, zijn de pissebedden die leven in een vochtige omgeving. De pissebed is te vinden onder stenen en leeft van afgevallen bladeren en dood hout en werkt zo mee aan de afbraak van organisch tuinmateriaal zoals bladeren. Pissebedden hebben spleten nodig zoals tussen gestapelde stenen of dakpannen. Leg bij een insectenhotel op de grond die redelijk vochtig is, tussen de stenen of dakpannen schors, dennenappels of plantenresten en de pissebedden kunnen zich vestigen.
Bescherming
Plaats voor de ingangen in het insectenhotel kleinmazig gaas. Voorkom dat het insectenhotel wordt leeggeroofd door grotere insecteneters zoals de pimpelmees, koolmees en ekster. Bescherm de bewoners van een gekocht insectenhotel tegen verduurzaamd hout. Hout dat verduurzaamd is, is ondergedompeld in een bad van giftige stoffen.
Een spin op jacht naar voedsel
De plek
De insecten die het insectenhotel eventueel bezoeken hebben het liefst een beschutte plek op het zuiden. Een warme, droge plek met een ingang die op de zon ligt. Om het op te hangen, plaats het hotel op een hoogte van een tot drie meter van de grond of bouw een insectenhotel op de grond.
Onderhoud insectenhotel
Om in het insectenhotel waar stro of de takken in de ruimtes zit te vervangen, is tussen mei en augustus het geschiktste moment. Weet wel zeker of er geen eitjes of insecten meer inzitten. Verder is schoonmaken niet nodig. Haal wel de spinnenwebben weg wanneer er een spinnenweb gemaakt is vóór het insectenhotel of plaats een fijnmazig gaas voor de ingangen. De uitvliegende insecten worden anders meteen een prooi voor de spin door in het web te vliegen.