De Ethiek achter Genetica
Genetica heeft een grote invloed op het leven op aarde. Het is een snelgroeiende natuurwetenschap dat zich ontwikkeld in een breed gebied in het leven op aarde zoals het dagelijks voorkomt in de media. Hier komen aan bod de onderwerpen waar laboratoria dagelijks mee bezig zijn met de processen zoals; forensisch onderzoek, kloneren en gentherapie, en wat natuurlijke selectie inhoudt. Verder zoeken we uit hoe genetica precies werkt en kijken we naar meer begrippen.
Het verschijnen is als een sleutelmotor van de wet. De betekenis hiervan is niet dat het enig nieuwe ontdekking verkondigd. Jarenlang spelen genen een centrale rol in de wetenschap en in feite in alle aspecten van het leven van alle levende organismen.
Ze beheren niet onze natuurlijk uiterlijk, maar ook de invloed dat ze uitoefenen op onze gedrag, persoonlijkheid, onze successie en erfelijke factoren van onze ouderdomsprocessen en inderdaad onze lange leven. En uiteindelijk onze vlug uitgebreide begrip van het belang van de genetica en de explosieve ontwikkeling van nieuwe middelen en methodologieen voor genetisch technische toepassingen in de landbouw, medicijnen, microbiologie enzovoorts.
Hoe werkt genetica?
De definitie van genetica is een erfelijkheidsleer dat een rol speelt in de natuurwetenschap hoe deze erfelijke eigenschappen van de ene generatie op andere kan worden overgedragen. Voor onze gemak kunnen we ze in bepaalde categorien verdelen waaruit genetica is opgebouwd.
- De klassieke genetica:
Dit is de genetica van individuele organismen en hun families. Hier hoort het onderzoek en ontwikkelingen van cellen en hun chromosomen.
- De moleculaire genetica
richt zich vooral op de fysische en chemische structuren van de dubbele helix; DNA.
- Bij Populatiegenetica
richt men zich op het onderzoek naar genetisch diversiteit. Bijv. bij het vaststellen van mutaties waar we genen van bepaalde ziektes kunnen vaststellen.
- Kwantitatieve genetica:
Dit is de leer van de genetica hoe de erfelijke eigenschappen van organismen kunnen worden bepaalt.
Het heeft ook veel te maken met de bestudering van de werking van cellen terwijl het proces waarbij genetisch materiaal van de ene generatie op de andere overgaat, helemaal afhangt van hoe cellen groeien en zich delen. Dit gebeurt d.m.v. replicatie waar DNA een rol speelt bij het zich in tweeen splitsen.
Voordat een cel zich kan verdelen moet het een nieuw kopie produceren van elk van zijn chromosomen. Aldus de cel splitsing is voorafgegaan door een transitie van de normale inter-fase staat, waarin de meeste cellen wonen.
Natuurlijke en kunstmatige processen.
Errors verschijnen onvermijdelijk in elke kopieproces en imperfecte kopieen van de originele zal worden gepropageerd. Met herhaaldelijke replicatie zal de sequentie van een kern in een origineel polinucleotides molecuul zijn substantiële veranderingen ondergaand genereren. Op deze manier ontstaat een variatie van verschillende moleculen. In het geval van RNA zijn deze moleculen aannemelijk door verschillende functionele eigenschappen te bezitten. RNA moleculen zijn niet zomaar stringen of symbolen die informatie overdragen in een abstracte manier. Ze hebben ook chemische eigenschappen die onze gedrag beïnvloeden. In de bepaling van specifieke sequentie van nucleotides besturen hoe de moleculen zich opvouwen in oplossing.
- Een nucleotide
bestaat uit een base, een suiker en een fosfaat. Nucleotiden verschijnen in een nauwkeurig samengestelde volgorde in het DNA. Ketens van nucleotiden vormen nucleïnezuren.
- Kloneren
is een kunstmatige wijze van productie. De genetische uniformiteit van een cel lijn kan overtroffen worden door cel kloning, dat is door een isolering van een enkele cel en door toelating tot proliferate om een groot kolonie te vormen. Een kloon is een enig verzameling, zoals dat allemaal nakomelingen van een enkele voorouder cel zijn. Een van de meest belangrijke toepassingen van cel kloning is de isolatie van defecten in specifieke genen. Het bestuderen van cellen die defectief zijn in een specifiek protein vertonen vaak een goed deel over de functie van proteïnen in normale cellen.
Hoewel kloneren enorme kansen biedt, zijn het kansen vol gevaren waar in sommige landen verbod tegenover staat. Enige voordelen dat klonen oplevert, is het creeren van een hoog productie van dieren of van planten.
Volgens de theorie van Charles Darwin houdt het in dat de voortplanting van individuele organismen en groepen afhangt van de omgeving waar ze in leven. Door natuurlijke selectie blijven de best aangepaste organismen over, de organismen die een betere kans dan anderen hebben om te overleven.
Genetisch recombinatie.
Een belangrijk kenmerk van de DNA in cellen is de bekwaamheid om tot herschikking te ondergaan. Dat kan varieren van bepaalde combinaties van genen die aanwezig zijn in elke individuele genome, evenals de tijdsbepaling en de niveau van de uitdrukking van deze genen. Deze DNA schikking zijn veroorzaakt door genetisch recombinatie. Recombinatie is het proces waarbij DNA strengen een rol spelen bij het vormen van verschillende combinaties. De productie van geslachtscellen wordt meiose genoemd en cel vermindering wordt meiose genoemd.
Enkele begripsomschrijvingen:
- Chromosomen
zijn draadachtige strengen die uit DNA bestaan, die dienen om erfelijke eigenschappen van de ene generatie naar de andere over te dragen.
- Eukaryoten
zijn organismen waarvan de cellen duidelijke celkernen hebben, die het DNA bevatten en beschermen die hebben een specifiek aantal chromosomen per cel. Bij mensen bevat het aantal 46 chromosomen. Tot de jaren 1970, was DNA de meest moeilijkst cellulaire molecuul voor de biochemist om te analyseren. Enorm lange en chemisch monotoon, de nucleotide sequentie van DNA kon worden benaderd alleen door indirecte bedoelingen zoals door proteine, door RNA sequentie of door genetische analyse. Vandaag is de situatie helemaal veranderd.
- Mutaties
zijn chemische veranderingen die kunnen voorkomen door chemische stoffen of door straling die kunnen optreden in de fenotype (uiterlijk).
Mutaties kunnen om diverse redenen optreden. In het algemeen zijn de verschillende oorzaken van mutaties echter willekeurig of het gevolg van blootstelling aan bijv. chemische stoffen of straling.
- Cellen
zijn gemaakt uit verschillende proteïnen van verschillende combinaties van aminozuren.
- Mitose
is het proces van 'normale' celdeling.
- Meiose
is het proces van 'speciale' celdeling met als doel het produceren van geslachtscellen.
- Het gen
is de biologische eenheid van overerving. Een gen bestaat uit DNA en is een gedeelte van een chromosoom dat de informatie bevat voor een of meer enzymen en daarmee voor een of meer erfelijke eigenschappen.
Een gen kan dominant of recessief zijn. Een dominant gen overheerst recessieve genen. Dat betekent dat de eigenschap waarvoor een dominant gen codeert tot uitdrukking zal komen in het fenotype, ongeacht het gen waarmee hij na de bevruchting wordt gecombineerd.
Genetica verspreidt zich verder in de leer van bepaalde ziekten zoals infectieziekten.
- Een zygoot
is een door de zaadcel bevruchte eicel.
- Mutatie
is de algemene term voor een verandering in het erfelijk materiaal.
- Het genotype
is het totaal van de genen van een organisme, dus het totaal van
de erfelijke eigenschappen ervan.
- De DNA
is een dubbele- draad molecuul dat alle genetische informatie bevat in bijna alle organismen.
Natuurlijke selectie is (volgens Darwin) het proces dat natuur ertoe leidt dat individuen in een populatie die het minst aan hun omgeving zijn aangepast de kleinste overlevingskansen hebben. De individuen die beter zijn aangepast kunnen die betere aanpassingen doorgeven aan hun nakomelingen. Hierdoor raakt de populatie in zijn geheel steeds beter aangepast aan zijn omgeving.
- Aminozuren
zijn moleculen die de bouwstenen zijn van eiwitten.
- Recombinatie
is het ontstaan van nieuwe combinaties van genen.
- Geslachtscellen
dienen voor voortplanting die zich kunnen ontwikkelen door het proces genaamd meiose.
- Prokaryoten
zijn organismen waarvan de cellen geen celkernen hebben en waarbij het DNA daarom los ronddrijft in het vloeibare binnenste van de cel.
- Eukaryote cellen
hebben in tegenstelling tot prokaryotische cellen groter en meer complexer en bevatten meer DNA, samen met componenten dat toelaat dat deze DNA om ze in elaborate manieren te gaan behandelen. De DNA van eukaryotische cellen is enclosed in een membraan-gebonden nucleus, terwijl de cytoplasma meer andere membraangebonden organellen bevat, inclusief mitochondria dat oxidatie van voedsel moleculen en in elke plantencel chloroplasten dat fotosynthese uitwerkt.
Meercellige organismen zoals mensen, vissen, vogels en planten zijn eukaryoot. Gisten zijn eencellige karyoten.