Spel met jonge duiven, wedvluchten

Spel met jonge duiven, wedvluchten Het spel met jonge duiven is een specialisatie binnen de duivensport en maar weinigen slagen er in dit echt succesvol te beoefenen. Er is ook geen vaste methode waarbij men het succes kan afdwingen. Ook hier blijken er ‘meerdere wegen te zijn die naar Rome leiden’. Er zijn echter wel basisregels die in acht moeten worden genomen wil men met jonge duiven op wedvluchten aansprekende prestaties wegzetten. Veel van die basisregels zijn min of meer voor de hand liggend indien men de situatie van de jonge duiven analyseert. Mogelijk dat jonge duiven te veel worden vergeleken met oude duiven of alleen maar worden gezien als duiven die nog ervaring op moeten doen. Dat laatste dat klopt, maar daar kun je de jonge duiven wel heel erg mee helpen zodat ze veel beter voorbereid zijn op de eerste wedvluchten.
Bron: Falco EbbenBron: Falco Ebben

Onervaren

Een wezenlijk verschil met oude duiven is dat jonge duiven in het geheel geen ervaring hebben met het vliegen van wedstrijdvluchten en alles wat daarbij komt kijken. De duiven hebben nog geen ervaring met het naar het lokaal brengen waar de duiven worden overgeven in andere handen. In het lokaal worden ze voor het eerst in een grote reismand gezet waar vaak ook vreemde duiven inzitten. De reis in de container met de vrachtwagen en een nacht in de mand doorbrengen zijn ook nieuwe ervaringen.

En ook is daar de lossing in een grote groep van duiven. In die grote groep van duiven wordt naar huis gevlogen. Maar al die duiven moeten naar hun eigen hok en de duiven zullen zich uit die groep moeten losmaken om thuis te komen. Natuurlijk, duiven zijn intelligent, ze leren snel en een beetje stress de eerste keren is helemaal geen probleem. Bovendien is de stress die ze bij deze eerste ervaringen opdoen zeker niet van het niveau dan bij een ontmoeting met een roofvogel, een ervaring die de duif toch regelmatig meemaakt. Maar die onervarenheid wil wel zeggen dat een specialist op het gebied van het jonge duivenspel hier altijd rekening mee zal houden. De jonge duif moet gewoon zo snel mogelijk veel ervaringen opdoen die hem voorbereiden op de wedvluchten. Dit varieert van in manden zetten en even laten zitten, in manden zetten met drinkwater in goten en ook een nacht te laten zitten, leren drinken in de mand, ook als de jonge duiven nog niet trekken ze toch in de mand zetten en wegbrengen binnen de straal van ongeveer een kilometer die ze normaal ook met hun rondjes trekken. Kortom, veel ervaring laten opdoen legt mede de basis voor succes met jonge duiven.

Bron: Falco EbbenBron: Falco Ebben

Opleren

Als de jonge duiven gaan wegtrekken moet er echt begonnen worden met opleren. Er moet enige opbouw zitten in de afstanden. De eerste keer is een afstand van drie tot vier kilometer wel mooi, als de duiven dan binnen enkele minuten over het hok vliegen en je ziet ze dan een tijd niet meer dan kunnen ze de volgende keer best naar acht tot tien kilometer. Komen ze binnen korte tijd weer over het hok om vervolgens weer uit zicht te verdwijnen dan zit het wel goed en kunnen ze de volgende keer een grotere stap maken en wel naar vijftien tot twintig kilometer.

Als ze op die afstand snel terugkomen is het geen probleem naar veertig kilometer te gaan. Bij deze systematiek van opleren is het van belang goed te observeren of de duiven snel en in een groep thuiskomen. Doen ze dat niet dan moet men de duiven de volgende keer weer op dezelfde afstand worden gelost. Op grotere afstanden van bijvoorbeeld zestig kilometer, is het normaal dat niet alle duiven in een groep arriveren, zit daar bijvoorbeeld niet meer dan tien minuten tussen dan kan men best de volgende keer naar 80 kilometer. Naast een dergelijk opleerprogramma is het een goede zaak dat de duiven overal in de buurt worden meegenomen. Gaat men naar de supermarkt een of twee dorpen of wijken verderop, neem dan een mandje jonge duiven mee om daar los te laten. Hoe meer ervaring de jonge duiven opdoen, des te beter zijn ze voorbereid op de echte vluchten. Vluchten verlopen soms ook onder minder goede omstandigheden door de aanwezigheid van oostenwind die voor vooral jonge duiven moeilijk is of regenbuien waar men omheen moet, zichten die minder zijn en noem maar op. Daarom is het van belang dat jonge duiven met deze omstandigheden ook in hun leerperiode kennismaken. Zo moet men als het regent de jonge duiven voor hun dagelijkse trainingsvlucht om het hok gewoon loslaten en ook een korte trainingsvlucht bij oostenwind is prima. Ook bij windkracht 4 tot 5 op de schaal van Beaufort de duiven niet binnenhouden, maar gewoon hun dagelijkse training geven. Ook onweer, een bekende factor die het oriëntatievermogen kan verstoren, moet worden gebruikt om de duiven ervaring op te doen. Kort na een onweersbui kan men de jonge duiven als het weer is opgeklaard best voor een korte opleervlucht wegbrengen. Kortom grijp alles aan om jonge duiven in de eerste levensmaanden zoveel mogelijk ervaringen op te laten doen die ze later als wedvluchtduif ook tegen kunnen komen. Jonge duiven met veel ervaring in de aanloop naar de eerste wedvluchten liggen duidelijk voor op de minder ervaren jonge duiven die op de wedvluchten hun ‘concurrent’ zijn.

Gezondheid

De belangrijkste basis voor succesvolle wedvluchten is de gezondheid van de duiven. Niet het verstrekken van allerlei zogenaamde preventieve medicatie is hier van belang, maar juist een weg waarbij de jonge duiven zelf de kans krijgen voldoende resistentie op te bouwen om zelfstandig allerlei ziekten te kunnen weerstaan. Als de duiven uit het ei komen krijgen ze via de eidooier antistoffen tegen ziekten mee. Deze antistoffen verdwijnen en dan moet de duif zelf antistoffen tegen ziekten opbouwen. Dat vraagt vaak dat ze dus ook de ziekte hebben moeten overwinnen. Laat ze maar een paar daagjes dik zitten zonder verdere onrustbarende verschijnselen, geeft niets en is zelfs goed.

En ook een beetje ‘t Geel is helemaal geen probleem, dat gaat vanzelf weer weg. Zorg er wel voor dat de jonge duiven geënt zijn tegen het paramyxovirus en tegen pokken. Verder kan men het beste niets doen aan de duiven behoudens wanneer ze echt ziek worden. Dan even naar de dierenarts en bij voorkeur naar een duivenarts. Vaak kunnen jonge duiven wat last hebben van ornithose-achtige verschijnselen. Men kan dan het beste een kuurtje geven tegen een infectie van de luchtwegen. Dit verstrekt men als de duiven vuile neusdoppen hebben, natte ogen en andere verschijnselen die op luchtweginfecties lijken. Als de duiven zover zijn dat ze langere opleervluchten of op wedvluchten vliegen moeten ze kerngezond zijn. Daarnaast is het van belang dat de duiven een gevarieerde voeding krijgen met altijd de beschikking over vers grit. Een gevarieerde vliegmengeling waar ongeveer 5% snoepvoer aan wordt toegevoegd is een prima basis. Wekelijks verstrekt men mineralen door het voer. Het voer kan men het beste bevochtigen met zonnebloem- of pindaolie en daarna de aangebrachte mineralen goed door het voer mengen. Tevens kan men wekelijks de duiven een conditiepreparaat verstrekken en dit eveneens door het met olie bevochtigde voer mengen. Op deze wijze voeren is een prima basis voor een goede gezondheid.

Brandstof voor de wedvlucht

Hebben de jonge duiven veel ervaringen opgedaan en verkeren ze in een goede gezondheid dan is de basis gelegd voor goede prestaties op de wedstrijdvluchten. Er zijn dan echter nog een aantal zaken welke van belang zijn om de duiven beter te laten presteren dan die van de concurrentie. Daags voor de inkorfdag geeft men de jonge duiven bij de laatste voerbeurt in de middag, een beetje minder voer als gebruikelijk. Zodra de voerbak leeg wordt een mengeling van gepelde zonnebloempitten en hennepzaden gegeven. Hier mogen ook enkele pinda’s doorheen. Deze mengeling zorgt ervoor dat de duiven op de vluchtdag over voldoende vetreserves beschikken. Dit is van belang omdat de duiven slechts kort op de suikers vliegen en daarna omschakelen op vetverbranding. Ook op korte vluchten is dat van belang omdat de duiven als ze ‘fout’ vliegen voldoende reserve hebben om zonder problemen ook een dag na de lossing nog thuis te komen. De vetreserve vormt geen enkele belemmering voor goede prestaties. Op de dag van inkorving dient men het vliegvoer nog met ongeveer 10% te vermengen met hennepzaden en gepelde zonnebloempitten. Om ongeveer 16.00 uur dient men het voer te (laten) verwijderen. Inkorven met een te volle krop kan leiden tot opbraken van het voer en dat moet natuurlijk vermeden worden

Motiveren

De duiven moeten graag naar huis komen en daarbij kunnen we een handje helpen. Zo kan men de duiven scheiden in doffers en duivinnen en de duiven spelen op ‘de deur’. Op de dag van inkorving, veelal in de middag, wordt de deur tussen de afdelingen van doffers en duivinnen open gezet en kunnen de doffers en duivinnen bij elkaar. Zorg ervoor dat ze in broedbaken kunnen waar ook nestschotels in staan. Geef ze dan ook een handvol tabaksstelen zodat ze ook tabaksstelen naar het broedhok kunnen slepen en samen een nest kunnen maken. Indien de doffers en duivinnen bij elkaar verblijven kunnen we het op de dag van inkorven ook gezellig maken door tabaksstelen te geven en kartonnen dozen en schuin tegen de wand geplaatste planken te geven waar ze als koppeltje onder kunnen kruipen. Deze attributen verwijderen we weer na de inkorving. Succes met het spel met jonge duiven kan dan niet uitblijven. Daarbij moet dan wel het voorbehoud worden gemaakt dat de jonge duiven dan ook moeten beschikken over een potentieel goede afkomst. Het is in de duivensport steeds een kwestie van goede duiven en een goede duivenhouder die tot succes leiden!
© 2014 - 2024 Linus, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
Het herpesvirus bij duivenHet herpesvirus bij duivenHet Pigeon Herpesvirus 1 verschilt serologisch van de herpesvirussen van andere diersoorten. Bij het serologisch onderzo…
Ornitosecomplex en Luchtweginfecties bij duivenOrnitosecomplex en Luchtweginfecties bij duivenLuchtweginfecties bij duiven kunnen vele oorzaken hebben en we spreken dan over het ornithose-complex. Hiermee wordt aan…
Vliegprogramma jonge duiven kan beterVliegprogramma jonge duiven kan beterIn de vliegprogramma’s voor jonge duiven wordt anno 2015 nog veel te weinig aandacht geschonken aan het feit dat jonge d…
Duiven en 't GeelDuiven en 't GeelEr is geen duivenhouder of hij krijgt wel te maken met ‘t Geel’ een populaire naam voor Trichomoniase. Trichomoniase wor…

Het totaal weduwschap, wedvluchtenHet totaal weduwschap, wedvluchtenHet was Hans Zurhöfer die in 1940 met zijn boek ‘Totale Witwerschaft’ een nieuwe dimensie toevoegde aan de duivensport.…
Consequenties van klimaatverandering voor trekvogelsConsequenties van klimaatverandering voor trekvogelsDe uitstoot van broeikasgassen en andere schadelijke stoffen door de mens hebben grote gevolgen voor de wereld om ons he…
Bronnen en referenties
  • Inleidingsfoto: Ton Ebben
  • Afbeelding bron 1: Falco Ebben
  • Afbeelding bron 2: Falco Ebben
Linus (121 artikelen)
Gepubliceerd: 19-09-2014
Rubriek: Dier en Natuur
Subrubriek: Vogels
Bronnen en referenties: 3
Per 2021 gaat InfoNu verder als archief. Het grote aanbod van artikelen blijft beschikbaar maar er worden geen nieuwe artikelen meer gepubliceerd en nog maar beperkt geactualiseerd, daardoor kunnen artikelen op bepaalde punten verouderd zijn. Reacties plaatsen bij artikelen is niet meer mogelijk.