Basisbeginselen in de duivensport

Basisbeginselen in de duivensport Sportduiven die in Frankrijk worden gelost en na enkele uren weer thuis zijn hebben al vele jaren mensen gefascineerd. Eind 19e eeuw werden er al volop wedstrijden met deze dieren gehouden. Ook nu nog zijn er in Nederland meer dan 22.000 mensen verslingerd aan deze sport. Is men eenmaal met deze sport in aanraking gekomen dan zal men niet snel meer voor een andere vrije tijdsbesteding kiezen. Men kan deze sport beoefenen tot op hoge leeftijd en ook bij jeugdigen, zowel jongens al meisjes, is het bedrijven van duivensport populair. Voor een buitenstaander lijkt het bedrijven van duivensport misschien allemaal wat complex, maar dat valt reuze mee. Met enkele basisvoorzieningen en basisbeginselen ligt de postduivensport binnen ieders bereik en opent zich een nieuwe mogelijkheid voor een enerverende hobby.
Bron: Falco EbbenBron: Falco Ebben

Huisvesting

Alvorens men met duiven begint dient men te beschikken over huisvesting voor de duiven. In de huisvesting van duiven heeft men vele mogelijkheden. Er zijn kant en klare hokken te koop die voldoen aan alle huisvestingseisen. Bij deze hokken zijn ware juweeltjes voor in uw tuin en ze zijn te koop in alle soorten en maten. Kant en klare duivenhokken zijn over het algemeen niet goedkoop omdat ze kwalitatief aan zeer hoge eisen voldoen. Het gebruikte materiaal voldoet meestal aan hoge kwaliteitseisen en ze worden compleet ingericht afgeleverd. Bent u een beetje handig dan kunt u echter ook heel goed zelf een duivenhok bouwen waar duiven zich op thuis voelen en waarop u uitstekende prestaties kunt leveren. Een hok wat goed kan worden genoemd voor sportduiven dient te voldoen aan de volgende eisen: het is droog, het tocht niet in het hok en er is voldoende verluchting waardoor er ook voldoende zuurstof is. Om het een en ander te kunnen bereiken wordt een hok vaak boven de grond geplaatst waardoor de wind onder de bodem door kan en een vochtige bodem dus alle kansen krijgt om te drogen.

Een droge bodem is van groot belang omdat de duiven de mest verliezen op de bodem en deze moet de kans krijgen om snel te drogen. Vochtige mest is een vruchtbare bodem voor ziektekiemen en dat moeten we natuurlijk altijd vermijden. Daarnaast is het van belang dat ook zonnestralen in het hok kunnen doordringen. De UV-straling is goed en dood bovendien ziektekiemen die de gezondheid van duiven kunnen aantasten. De ontluchting kan het beste plaatsvinden via het dak. Goede resultaten worden bereikt door ontluchting met een dakbedekking met dakpannen. Veelal laten de natuurlijke ruimten voldoende ruimte voor het afvoeren van de verbruikte lucht. Mocht dit onvoldoende blijken dan is een ontluchtingspijpje in het dak een goed alternatief. Om een goede luchtafvoer te stimuleren kan men aan de onderzijde enkele gaatjes boren om verse lucht in te laten. Verder is het natuurlijk mogelijk om mechanisch te verluchten met een ventilator. Noodzakelijk bij een goed hok is dit echter niet. Sommige hokken zijn op zichzelf zo goed dat geen enkel hulpmiddel nodig is om perfecte omstandigheden op het hok te krijgen. Hokken zijn veelal van hout maar kunnen ook in steen worden opgetrokken. Ze kunnen worden ingebouwd in schuren, garages en zolders van woningen. Zolderhokken zijn vaak heel goed omdat dit bijna altijd zeer droge hokken zijn en er ook bijna altijd een aangenaam klimaat heerst.

Bron: Ton EbbenBron: Ton Ebben

Inrichting

In het hok moeten voorzieningen worden aangebracht waarop de duiven kunnen zitten. In de handel zijn daarvoor diverse middelen verkrijgbaar maar wanneer je handig bent zijn deze voorzieningen ook zelf te maken. De postduif zit als oorspronkelijke bewoner van rotsen en kliffen niet graag op dunne twijgen. Er zijn schabjes die ook wel schabbetjes of kapelletjes worden genoemd die uitstekend voldoen als individuele zitplaats. Het zijn zitjes die gelijktijdig ook de mestopvang verzorgen. Daarnaast zijn zogenaamde loketkasten die prima als zitplaats kunnen voldoen en die vooral voor het hok met jonge duiven worden gebruikt. Ook een broedbak voldoet prima als zitplaats. Als de duiven geen broedactiviteiten ontplooien kan deze bak vooral voor de mannen, ook wel doffers genoemd, heel goed als individuele zitplaats dienen.

De bak is dan tevens het territorium, de eigen plek van de doffer, waar hij behoudens zijn partner, niemand anders zal dulden. Als zitplaats kan men ook dikke stokken aanwenden die niet rond behoeven te zijn. Deze worden vooral in rennen gebruikt. Zorg er in ieder geval voor als u niet met broedbakken werk, dat er altijd meer zitplaatsen zijn dan duiven. Dit voorkomt veel onrust omdat bij een te krap aantal zitplaatsen de duiven vaak naar een al bezette plaats vliegen en daar proberen een andere duif te verdrijven. Dit moeten we vermijden want rust op het hok komt het welzijn van de duiven ten goede. Naast een hok en zitplaatsen dient er in het hok plaats worden ingeruimd voor de waterbak en voerbak. Er zijn in de handel uitstekende waterbakken te koop die van boven met een deksel zijn afgedekt. Dit voorkomt dat het water vervuild wordt met uitwerpselen en stof. De verkrijgbare voerbakken voorkomen meestal dat de duiven er veel voer uitwerpen en bovendien is de kans op vervuiling door mest gering. Ze zijn verkrijgbaar in alle soorten en maten. Men kan eventueel ook zelf als men een beetje handig is een dergelijke voerbak bouwen. Daarnaast dient er nog een plaatsje te zijn voor grit en mineralen. Ook dit plaatsje moet zo gekozen worden dat de duiven het niet kunnen bevuilen.

Bron: Falco EbbenBron: Falco Ebben

Duiven

Hebben we eenmaal het hok met toebehoren dan kunnen de duiven komen. Als men vreemde is in de duivensport lijkt misschien dit wel het moeilijkste. In dierenwinkels treft men immers nooit sportduiven aan. Daarom heeft men hier enige hulp nodig. Deze kan worden gegeven door een andere duivenliefhebber. In de omgeving waar u woont zijn meestal wel enkele verenigingen van postduivenliefhebbers waar u lid kunt worden. Er zijn in Nederland ongeveer 900 verenigingen en de kans dat bij u in de buurt een dergelijke vereniging is, is dus erg groot. Eenmaal aangesloten bij de vereniging is het niet moeilijk meer om aan duiven te komen. Een nieuw lid die nog geen duiven heeft kan bijna altijd rekenen op hulp van de clubgenoten die altijd wel bereid zijn om meerdere jonge duiven af te staan. Dit kan een goed begin zijn maar het heeft ook wel enige risico’s. Niet altijd krijgt men de jonge duiven op dezelfde tijd en dat geeft problemen met het uitwennen van de jongen. Sommige jongen maken dan al vluchtjes om het huis terwijl andere jongen nog moeten leren uitvliegen. De kans dat men jongere duiven verliest is dan groter.

De jongste duiven vliegen dan met de oudere duiven uit terwijl deze de directe omgeving nog moeten verkennen. Als deze duiven met de oudere duiven meevliegen dan is de kans groot dat ze te snel te ver van het hok vliegen en de weg niet meer terug kunnen vinden. Een ander probleem kan zijn dat men met veel verschillende duiven van diverse hokken, ook verschillende ziekten op het hok binnenbrengt. De meeste duivenhokken kennen wel enkele problemen met ziekten, omdat de duiven op die hokken meestal ook enige resistentie tegen deze ziekten hebben opgebouwd verlopen deze ziekten meestal ook zonder al te veel complicaties. Worden de duiven echter geconfronteerd met onbekende ziekten dan is het zeker voor beginners moeilijk om hier goed mee om te gaan. Het allerbeste om te starten met duiven is als men van een betere duivenhouder een aantal late jongen kan krijgen. Late jongen zijn duiven die in de zomer geboren worden maar te jong zijn om in het geboortejaar nog aan wedvluchten deel te nemen. Voor de duivenhouder zijn deze vaak minder belangrijk en daarom kan men ze gemakkelijker voor weinig geld kopen en niet zelden kan men ze zelfs als beginner gratis komen halen. In de vereniging zijn zeker mensen die u daarbij kunnen helpen. Krijgt men in de zomer deze late jongen dan kan men er wel niet meer mee vliegen, maar het volgende jaar kan men er natuurlijk prima mee kweken. Heeft u naast uw hok ook nog de beschikking over een kweekren of kweekhok dan kan men daar de verkregen duiven in onder brengen. Als ze voldoende oud zijn dan kan men uit deze jongen weer nakomelingen kweken. Bij late jongen is het verstandig om niet te vroeg te gaan kweken, eind februari bij goed weer is vroeg genoeg om met de gekweekte jongen te vliegen. Het voert te ver om hier op alle aspecten van het kweken in te gaan. Moeilijk is het in ieder geval niet als men de duiven in ieder geval goed heeft voorbereid. Er zijn overigens over alle aspecten van de duivensport boekwerkjes in de handel die men kan raadplegen. Een standaardwerkje voor beginners is in ieder geval zonder meer aan te bevelen.

Bron: Falco EbbenBron: Falco Ebben

Verzorging

Naast een goede huisvesting en duiven is het vervolgens het woord aan de postduivenhouder om de duiven gezond te houden en er bovendien aansprekende resultaten mee te behalen op wedvluchten. De verzorging en begeleiding speelt hierin een centrale rol. Er zijn wat dat betreft vele wegen die naar Rome leiden, maar ik zal mij tot de meest gangbare verzorging beperken. Op de eerste plaats dient het hok liefst dagelijks gereinigd te worden. Duiven ontlasten zich en dat kunnen we beter maar regelmatig verwijderen, dat is prettiger om bij de duiven op het hok te komen en bovendien kan mest ziektekiemen bevatten. Dit reinigen is eenvoudig te doen met een zogenaamde krabber, een speciaal voor duiven ontwikkelt gereedschap. De mest valt hiermee heel gemakkelijk bijeen te schrapen en in een emmertje te deponeren.

Daarnaast kan men bijvoorbeeld wekelijks het hok grondig reinigen door het met een brander schoon te branden of het met een desinfecteer vloeistof te behandelen. Dergelijke vloeistoffen doden bacteriën en virussen en dat is natuurlijk gunstig om de infectiedruk op het hok te verminderen. Ook dienen de duiven dagelijks de beschikking te hebben over vers drinkwater. Aan drinkwater worden soms stoffen toegevoegd die de gezondheid moeten bevorderen of zelfs de duif moeten genezen. Zo worden veel medicijnen via het drinkwater toegediend, omdat duiven afhankelijk van de omstandigheden nooit een gelijke waterbehoefte hebben kunnen medicijnen veel beter over vochtig gemaakt voer worden gegeven. De dosering zal dan veel nauwkeuriger kunnen worden toegediend. Naast medicijnen worden ook wel gezondheid bevorderende middelen toegevoegd zoals vitaminen, kruiden, thee, uitgeperste knoflookteentjes, enzovoort. Dergelijke middelen zijn in principe niet echt noodzakelijk, maar er zijn omstandigheden waarbij wat extra vitaminen (na een zware vlucht of na een vaccinatie bijvoorbeeld) kunnen worden toegediend. Een of twee maal per week een uitgeperst knoflookteentje in het drinkwater kan de duiven mogelijk gezonder houden. Vaak is het de zorg die de duivenhouder heeft over zijn duiven die maakt op welke wijze de duiven wat extra’s krijgen. Het is in alle gevallen wel beter dat het drinkwater niet op de bodem staat. Om te vermijden dat stof en uitwerpselen het drinkwater bevuilen kan de pot met water beter wat hoger worden geplaatst.

Bron: Ton EbbenBron: Ton Ebben

Voeding

Voor het dagelijkse voer zijn standaard mengelingen in de handel die over het algemeen goed voldoen. Zo is er voer voor het vliegseizoen, de rui en de kweek. Er is ook standaardvoer voor alle seizoenen. Dit laatste voer heeft niet zonder meer mijn voorkeur. Een duif in de rui heeft toch echt andere behoeften dan een duif die moet vliegen.

Tijdens het vliegseizoen is de behoefte aan brandstof groter dan in de ruiperiode. In deze laatste periode dient de duif de beschikking te hebben over stoffen die het goed mogelijk maken zijn gehele verenpak te vernieuwen terwijl in het kweekseizoen de duif eieren moet kunnen aanmaken en de jonge duiven van voedsel moet kunnen voorzien waarbij de kuikens in een periode van enkele weken van een minuscuul kuikentje uit moeten groeien naar duif met een omvang van een volwassen duif. Bij en standaardmengeling zal men dus bij moeten mengen en wel meer voer met koolhydraten tijdens het vliegseizoen en meet eiwitten tijdens het ruiseizoen en kweekseizoen. Daarnaast dient men duiven die op verre vluchten worden ingezet te voorzien van extra vetten bijvoorbeeld in de vorm van pinda’s. Voor de beginner is het beter om voor de seizoensmengelingen te kiezen. Op ieder hok dienen de duiven naast het voer dagelijks de beschikking te hebben over mineralen in de vorm van grit en een mineralenmengsel. Dit kan in afzonderlijke potjes worden aangeboden. Geeft niet te veel want men kan de inhoud het beste om de paar dagen verversen. Als het een paar dagen gestaan heeft zullen de duiven er nauwelijks meer van eten vanwege het stof en dergelijke die de mineralen vervuild hebben. Een laagje grit onder in de voerbak is ook heel effectief.

Bron: Ton EbbenBron: Ton Ebben

Ziekten

Naast bovenstaande dagelijkse verzorging moeten we er op beducht zijn dat onze duiven ook ziek kunnen worden. Preventief werken kan veel schade voorkomen. De sportduif dient in ieder geval verplicht geënt te worden tegen het zogenaamde paramyxovirus. Deze enting kan het beste plaatsvinden als de jonge duiven ongeveer vijf weken oud zijn. De enting geeft in alle gevallen stress en enige terugslag in de gezondheid. Op een leeftijd van vijf weken hebben de jonge duiven tegen ziekten nog enige bescherming van de ouderdieren die men in het ei heeft meegekregen. Men kan dan zonder veel problemen een dergelijke enting volstaan. Daarnaast zijn duiven preventief te enten tegen pokken.

Ook deze eenvoudige enting is voor de sportduif aan te bevelen. De ziekte is over het algemeen niet zo ernstig, maar als deze tijdens het vliegseizoen toeslaat dan is deze wel uiterst hinderlijk omdat men dan niet meer mee kan vliegen. Dan zijn er nog enige ziekten waar de sportduif regelmatig mee in aanraking komt. De meest voorkomende is “het geel”. Via een keeluitstrijkje kan de dierenarts heel gemakkelijk vaststellen of de duif besmet is terwijl via de mest worminfecties zijn vast te stellen. Men kuurt tegen dergelijke ziekten heel vaak blind oftewel men geeft medicijnen terwijl men niet zeker weet of de duiven wel ziek zijn. Met de kosten die dit met zich meebrengt kan men beter de dierenarts raadplegen om deze door middel van een onderzoek een diagnose te laten stellen. De duiven medicijnen geven terwijl ze niet ziek zijn is niet bevorderlijk voor de conditie en dat moeten we bij sportduiven die prestaties moeten leveren voorkomen. Een gezonde duif zit strak in de veren, heeft krijtwitte neusdoppen en vliegt graag. Mankeert het aan een van deze genoemde zaken moet men een dierenarts raadplegen. Er zijn overigens gezonde duiven die niet vliegen. Deze zijn vaak te vet. Te veel voer is dus vaak niet goed. Hier komt de ervaring om de hoek kijken die moeilijk in een artikel valt uit te leggen. Is men een beginneling dan kan de hulp van een ervaren duivenhouder bij een eerste jaar duiven houden dan ook zeer waardevol.
© 2013 - 2024 Linus, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
De duivencoach als partner op de wedvluchtenDe duivencoach als partner op de wedvluchtenWie de duivensport van dichtbij kent, weet dat er sprake is van echte sport. We zullen de verschillende elementen van de…
Het totaal weduwschap, wedvluchtenHet totaal weduwschap, wedvluchtenHet was Hans Zurhöfer die in 1940 met zijn boek ‘Totale Witwerschaft’ een nieuwe dimensie toevoegde aan de duivensport.…
Duivinnen in de duivensport ondergewaardeerdDuivinnen in de duivensport ondergewaardeerdIn de duivensport zijn het vooral de mannen (doffers) waarin het meeste vertrouwen wordt gesteld als het over presteren…
Mycoplasmosa of snot bij postduivenMycoplasmosa of snot bij postduivenMycoplasmosa wordt over de gehele wereld waargenomen bij vooral hoenderachtigen en kalkoenen, maar ook bij duiven en and…

De kip als hobbydierDe kip als hobbydierKippen houden kan een fijne bezigheid zijn. Natuurlijk is het aangenaam om van uw eigen kippen dagelijks verse eieren te…
De postduif voor beginnersDe postduif voor beginnersDe postduif is geen zelfstandige soort, maar gewoon een nakomeling van de Columba livia, deze duif draagt de Nederlandse…
Bronnen en referenties
  • Inleidingsfoto: Falco Ebben
  • Postduiven, reisduiven, sport en hobby, Ton Ebben, 2006
  • Afbeelding bron 1: Falco Ebben
  • Afbeelding bron 2: Ton Ebben
  • Afbeelding bron 3: Falco Ebben
  • Afbeelding bron 4: Falco Ebben
  • Afbeelding bron 5: Ton Ebben
  • Afbeelding bron 6: Ton Ebben
Linus (121 artikelen)
Laatste update: 14-03-2013
Rubriek: Dier en Natuur
Subrubriek: Vogels
Bronnen en referenties: 8
Per 2021 gaat InfoNu verder als archief. Het grote aanbod van artikelen blijft beschikbaar maar er worden geen nieuwe artikelen meer gepubliceerd en nog maar beperkt geactualiseerd, daardoor kunnen artikelen op bepaalde punten verouderd zijn. Reacties plaatsen bij artikelen is niet meer mogelijk.