Vleesconsumptie; gevolgen voor dier, mens en milieu

Steeds meer mensen denken na over de gevolgen van het eten van vlees. De meesten denken dan aan het onnodig doden van dieren en het vaak slechte leven wat daaraan vooraf is gegaan. Dit geeft aan dat onze morele cirkel groter wordt, en dat niet alleen mensen, maar ook niet-menselijke dieren daar in thuis horen (Garvey, 2008; DeGrazia, 2002). Daarnaast wordt het steeds meer algemeen bekend dat het eten van vlees ook vele negatieve milieugevolgen kent. Hieronder wordt, naast de morele casus van het eten van dieren, een aantal van deze gevolgen voor mens en milieu beschreven.

Gevolgen voor dier en milieu

Broeikasgassen

De bio-industrie is verantwoordelijk voor een groot deel van de uitstoot van broeikasgassen welke bijdragen aan het versterkt broeikaseffect. Met name kooldioxide (CO2) en methaan (CH4) worden uitgestoten door de opslag van mest. Wanneer er gebruik gemaakt wordt van kunstmest, komt ook het broeikasgas lachgas (N2O) vrij. Methaan en lachgas dragen beiden sterker bij aan klimaatverandering dan kooldioxide (Milieucentraal, z. d.). Veeteelt is in de EU verantwoordelijk voor maar liefst 10% van de totale CO2- uitstoot (Boerderij.nl, 2013).

Mest

In de veehouderij is er sprake van een groot mestoverschot. Er wordt meer mest geproduceerd dan gebruikt kan worden als meststof op het land. Overbemesting zorgt voor verzuring en vermesting van de bodem en het grond- en oppervlaktewater. Fosfaat is een stof wat in mest zit. Wanneer er te veel fosfaat in het oppervlaktewater komt zorgt dit voor overbegroeiing van algen en waterplanten. Daarnaast onttrekt het zuurstof uit het water wat kan leiden tot vissterfte. De stof welke verantwoordelijk is voor de verzuring is ammoniak. Dit zorgt ervoor dat sommige planten verdwijnen, en anderen juist overgroeien. Deze verandering in het ecosysteem kan zorgen voor verlies van biodiversiteit en vervuiling van het grondwater (Milieucentraal.nl, z. d.).

Soja

Een hoofdproduct dat veel wordt gebruikt als veevoer is soja, voornamelijk geproduceerd in Brazilië. Voor de aanleg van de plantages worden grote delen van het Amazonegebied gekapt waarbij veel CO2 vrijkomt. Grote bedrijven hebben de kleine familiebedrijven op grote schaal weggeconcurreerd waardoor er nu veel armoede heerst in het gebied. Op deze plantages wordt vaak overmatig gebruik gemaakt van bestrijdingsmiddelen wat zorgt voor bodemvervuiling. Dit komt uiteindelijk in het grondwater en vervuilt de rivieren welke van essentieel belang zijn voor vele stammen die in het Amazonegebied leven. Door de ontbossing verandert daarnaast het klimaat in de regio, en op lange termijn wellicht zelfs mondiaal, en verdwijnt het leefgebied van vele bedreigde diersoorten. Nederland is na China de grootste importeur van soja ter wereld. De soja moet een zeer grote afstand afleggen voordat het in Nederland gedistribueerd kan worden, waarbij voornamelijk wederom veel CO2 vrijkomt (WNF, 2014).

Antibiotica

Dieren in de intensieve veehouderij krijgen vaak, ter voorkoming van ziektes, antibiotica toegediend. Het gevaar van preventief toedienen is dat bacteriën eerder resistent kunnen worden, waardoor de behandeling bij mensen moeilijker kan worden. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de salmonellabacterie. Door de bovengenoemde bemesting komt er antibiotica in het grond- en oppervlaktewater. Zo komen resistente bacteriën in het milieu wat een bedreiging kan vormen voor de volksgezondheid. Voornamelijk in gebieden met intensieve veeteelt zijn hoge aantallen resistente bacteriën aangetroffen in het water en in de bodem (Compendium voor de leefomgeving, 2012). In de biologische veehouderij is het preventief toedienen van antibiotica verboden.

Ethisch vraagstuk

Naast het feit dat vleesconsumptie nadelige gevolgen heeft voor het milieu, bestaat nog de vraag of het ethisch gezien verantwoord is om vlees te eten. Dieren kunnen angst en pijn voelen, wat aangeeft dat ze kunnen lijden. Een belangrijk vereiste om een dier te houden is dat hij of zij een leven heeft, even goed als wanneer het in het wild zou leven (DeGrazia, 2002). In de intensieve veehouderij is hier geen sprake van. Een goede afweging om te maken wanneer het gaat om het eten van vlees is of er wordt voldaan aan het principe the greatest happiness of utilitarianism, waarvan de filosoof Jeremy Bentham een van de grondleggers is. De volgende afweging zal dan worden gemaakt: levert het eten van vlees mij meer geluk op dan dat het dier heeft moeten lijden? Het antwoord spreekt voor zich (Garvey, 2008; Berg, 2012).

Zoals bovengenoemd wordt er veel soja verwerkt in veevoer. Wanneer de mens deze soja zou eten in plaats van het dier, kan er al veel dierenleed en vervuiling door de veehouderij worden voorkomen. Om een voorbeeld te noemen: voor 1 kilo rundvlees moet een kalf 21 kilo eiwitten hebben binnen gekregen. Die 21 kilo had veel efficiënter verwerkt kunnen worden als eten voor mensen.

Gevolgen voor de mens

Voeding

De intensieve veehouderij heeft niet alleen negatieve gevolgen voor het milieu en de dieren zelf, maar ook vaak voor de mens. Het eten van veel vlees zorgt voor een hoog cholesterolgehalte en verhoogt de kans op hart- en vaatziekten. Daarnaast is vlees vaak vet en draagt het bij aan het probleem van overgewicht. Hiermee zijn hoge kosten gemoeid. Er wordt vanuit de overheden en andere instanties steeds meer gepleit voor het eten van minder vlees eten en meer fruit en granen.

Gevolgen voor de samenleving

De bio-industrie kan het zich door zijn intensieve productie veroorloven om de prijs van vlees te laten zakken. Hierdoor zijn vele familiebedrijven failliet gegaan. In Amerika gaat het hier om maar liefst drie miljoen kleine bedrijven sinds het einde van de tweede wereldoorlog (DeGrazia, 2002). Daarnaast worden veel werknemers in de bio-industrie slecht behandeld, met name in Amerika. Er is sprake van een zeer hoge werkdruk met extreem lange werkdagen en een hoog risico op letsel. Door de hoge werkdruk en snelle productieprocessen is het daarnaast erg lastig om zeker te zijn van goed vlees. Van een besmette kip bijvoorbeeld kan een mens ernstig ziek worden, en zelfs overlijden (DeGrazia, 2002).

Conclusie

Het is van groot belang dat de algemene kennis over de gevolgen van vleesconsumptie wordt uitgebreid. De veehouderij draagt bij aan milieuvervuiling door de uitstoot van broeikasgassen. Overbemesting zorgt voor water- en bodemvervuiling en veranderingen binnen ecosystemen. Een groot deel van het veevoer bestaat uit soja. De sojaproductie in Brazilië leidt tot vervuiling en ontbossing van het Amazonegebied. Het preventief toedienen van antibiotica, kan leiden tot resistentie van bacteriën. Deze resistente bacteriën kunnen door bemesting in het milieu terecht komen, wat mogelijk zorgt voor een bedreiging van de volksgezondheid. Verdere negatieve gevolgen voor de mens zijn bijvoorbeeld overgewicht, een verhoogde kans op hart- en vaatziekten en het gevaar van besmet vlees door de snelle productieprocessen.
© 2014 - 2024 Reneedehaas, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
mijn kijk opBroeikaseffect: 'Beter vliegen dan rood vlees eten?'De gevolgen van de bio-industrie worden steeds meer merkbaar. Er zijn gevolgen waar de kenners niet op het eerste gezich…
Consuminderen; bewust omgaan met geld en milieuBewuster omgaan met geld, uitgaven budgetteren, zuiniger met energie en minder weggooien. Zomaar een greep uit de maatre…
Minder vlees eten: voordelen voor gezondheid en milieuMinder vlees eten: voordelen voor gezondheid en milieuMinder vlees eten heeft voordelen voor de gezondheid, het milieu en het klimaat. Een groot verbruik van vlees leidt ook…
Gezondheidsaspecten bij intensieve veehouderijenGezondheidsaspecten bij intensieve veehouderijenMaatschappelijk is er ongerustheid over de intensieve veehouderij in ons land en de risico’s voor de volksgezondheid die…
Zes simpele dingen die jij kunt doen voor een beter milieuEen beter milieu begint bij jezelf. Dit is de slogan van een oude reclame-campagne, maar het is nog steeds hartstikke wa…
Bronnen en referenties
  • Boerderij.nl, (2013). Veehouderij in EU zorgt voor 10% van CO2- uitstoot. [Online]. Geraadpleegd op 26 januari 2014. World Wide Web: http://www.boerderij.nl/Home/Nieuws/2011/3/Veehouderij-in-EU-zorgt-voor-10-procent-van-CO2-uitstoot-AGD562199W/
  • Compendium voor de Leefomgeving, (2012). Gebruik van antibiotica in de veehouderij en resistentie 1999-2011. [Online]. Geraadpleegd op 26 januari 2014. World Wide Web: http://www.compendiumvoordeleefomgeving.nl/indicatoren/nl0565-Antibioticagebruik-in-de-veehouderij.html?i=11-60
  • DeGrazia, D., (2002). Animal rigths: a very short introduction. Oxford university press inc, New York.
  • Garvey, J., 2008. The ethics of climate change: right and wrong in a warming world. Continuum International Publishing Group Ltd, London.
  • Milieu Centraal, (z. d.). Vlees. [Online]. Geraadpleegd op 25 januari 2014. World Wide Web: http://www.milieucentraal.nl/thema's/thema-1/milieubewust-eten/kies-vlees-en-vleesvervangers-bewust/vlees/
  • WNF, (2014). Soja. [Online]. Geraadpleegd op 25 januari 2014. World Wide Web: http://www.wnf.nl/nl/wat_wnf_doet/thema_s/bossen/ontbossing/sojateelt/
  • Berg, van den, F., (2012). Poster. Ethics; Philosophy for a better world. Beschikbaar op BlackBoard.
Reneedehaas (12 artikelen)
Gepubliceerd: 18-02-2014
Rubriek: Dier en Natuur
Subrubriek: Milieu
Bronnen en referenties: 7
Per 2021 gaat InfoNu verder als archief. Het grote aanbod van artikelen blijft beschikbaar maar er worden geen nieuwe artikelen meer gepubliceerd en nog maar beperkt geactualiseerd, daardoor kunnen artikelen op bepaalde punten verouderd zijn. Reacties plaatsen bij artikelen is niet meer mogelijk.