Matching: de juiste blindengeleidehond voor de juiste baas
In het straatbeeld zie je wel eens een blindengeleidehond met diens blinde of slechtziende baasje rondlopen. Deze honden worden niet "zomaar" bij een persoon met visuele beperking geplaatst als ze klaar zijn met hun opleiding. Via een zorgvuldig systeem probeert de geleidehondenschool te kijken welke hond het meest geschikt is voor welke baas. Op die manier tracht de geleidehondenschool een zo goed mogelijke "match" te voorzien voor een blinde of slechtziende baas, rekening houdend met diens noden, mogelijkheden en beperkingen.
Niet iedereen komt in aanmerking voor een blindengeleidehond. Zo heeft elke geleidehondenschool zijn eigen voorwaarden en ook werkwijze voor het screenen van aspirant-geleidehondgebruikers. Elke school bekijkt alleszins of een geleidehond met al zijn voor- maar ook nadelen het geschikte mobiliteitshulpmiddel is voor een persoon met een
visuele handicap.
Instructeur komt op huisbezoek
Gesprek
De aanvraagprocedure voor een geleidehond kent een grondig verloop. Nadat de aspirant-geleidehondgebruiker (digitale) informatie heeft gelezen en een aanvraagformulier met vragen heeft ingestuurd, krijgt hij na verloop van tijd bezoek van een geleidehondeninstructeur. Pas na dit gesprek komt de toekomstige geleidehondgebruiker officieel op de wachtlijst te staan. Tijdens dit gesprek wordt o.a. besproken:
- wie de visueel gehandicapte persoon precies is
- hoe het karakter is van deze persoon
- hoe zijn woonomgeving er uitziet
- wat hij/zij nog precies ziet
- sinds wanneer de visuele handicap ontstaan is
- wat zijn behoeften en noden zijn
- welke trajecten hij wil lopen met de geleidehond
- of er andere beperkingen zijn
- of hij/zij reeds ervaring heeft met een geleide- of huishond
- of en zo ja welke uitlaatplaatsen er zijn in de tuin en/of in de woonomgeving
DogSim: route lopen buiten
Voor aspirant-geleidehondgebruikers
Ook neemt de instructeur de aspirant-geleidehondgebruiker even mee naar buiten voor het lopen van een route. Meestal gebruikt de instructeur hiervoor een DogSim. DogSim staat voor een "Dog Simulator". Dit metalen apparaat dat vier wieltjes heeft, simuleert een blindengeleidehond en kan aangestuurd worden door de instructeur. Aan dit apparaat wordt een beugel vastgeklikt die de aspirant-geleidehondgebruiker dan kan vastnemen. De instructeur moet de DogSim wel vooruit duwen.
De instructeur bekijkt dan tijdens het ritje buiten:
- hoe de oriëntatie is van de geleidehondgebruiker
- of de aspirant-geleidehondgebruiker voldoende routes kent
- wat het looptempo is
- hoe het gesteld is met het evenwicht
Niet alle scholen werken met dit toestel maar toch probeert elke instructeur meestal een goed beeld te krijgen van de toekomstige gebruiker.
Voor geleidehondgebruikers: vervanging blindengeleidehond
Sommige blindengeleidehondgebruikers die een nieuwe geleidehond krijgen, maken ook een rondje met de DogSim buiten. In de loop der jaren kan het looptempo wijzigen. Ook kan het zijn dat sommige mensen gewoontes ontwikkeld hebben die goed zijn te weten voor het opleiden van een vervanghond. Dit alles kan de instructeur met de DogSim beter inschatten.
Met alle informatie op zak (DogSim, mondelinge en schriftelijke communicatie), is een instructeur in staat om een geschikte match te zoeken voor de (aspirant-)geleidehondgebruiker. Dit is van essentieel belang omdat elke geleidehond een eigen karakter, looptempo, behoeften, voorkeuren, voor- en nadelen, … heeft en ook iedere (aspirant-)geleidehondgebruiker weer uniek is. Iemand ouder met een traag looptempo heeft geen supersnelle geleidehond nodig. En zo zijn er mensen die bijna elke dag dezelfde route lopen, terwijl andere personen juist enorm veel verschillende routes aandoen. Nog anderen hebben om bepaalde redenen een specifieke rassenvoorkeur. Voor iedere persoon wordt een zo geschikt mogelijke hond gezocht.
Match
Niet chronologisch
Een geleidehond is meestal afgestudeerd rond de leeftijd van 1,5 à 2,5 jaar. Wanneer de hond in zijn laatste opleidingsfase zit, heeft de instructeur van de geleidehondenschool een goed beeld over de geleidehond. De instructeur kijkt dan of het profiel van de geleidehond "matcht" bij dat van een (aspirant-)geleidehondgebruiker. Vooreerst wordt gekeken of er iemand is die een vervanghond nodig heeft; deze persoon krijgt in principe steeds voorrang omdat hij reeds gewend is om mobiliteit te hebben en natuurlijk niet graag (al te lang) zonder hond valt. Het is dus niet zo dat wie chronologisch gezien het langst op de wachtlijst staat, de eerst volgende afgestudeerde blindengeleidehond in ontvangst kan nemen. De instructeur probeert steeds een zo goed mogelijke combinatie geleidehond-baas op stap te laten gaan; een goede "match" is dan ook van primordiaal belang.
Kennismaking geleidehond met (aspirant-)gebruiker
Wanneer de geleidehond volgens de instructeur(s) gekoppeld is aan een bepaald profiel, wordt de (aspirant-)geleidehondgebruiker hiervan op de hoogte gesteld. Hij/zij krijgt hierover bericht en krijgt dan bezoek van de instructeur bij hem thuis, maar het kan ook zijn dat hij/zij wordt uitgenodigd in de geleidehondenschool zelf. Eerst wordt gekeken of de geleidehond en (toekomstige) baas elkaar leuk vinden en zien zitten. Daarna wordt een ritje buiten gemaakt om te kijken of en zo ja hoe de hond precies werkt en hoe de evt. toekomstige baas hiermee omgaat. Tot slot gebeurt er een grondige evaluatie waarbij gekeken wordt of de "match" geslaagd is.
Bron: Kim Bols, http://www.visuelehandicap.be
Class: Baas én hond in opleiding
Indien de match een succes is, wordt de (aspirant-)geleidehondgebruiker uitgenodigd voor een "class", een instructieperiode voor baas én hond. Het
Belgisch Centrum voor Geleidehonden vzw plant een "match" meestal circa 4 tot 8 weken voordat de instructieperiode kan doorgaan; op die manier kan de gebruiker nog de nodige regelingen treffen inzake vrijaf nemen, opvang regelen voor de oude geleidehond, … De instructeur krijgt dan ook nog de kans om de hond te trainen tijdens de laatste opleidingsfase en hem evt. nog extra zaken aan te leren die handig kunnen zijn voor de toekomstige baas. De persoon met visuele handicap verblijft tijdens de "class" dan in principe 1 tot 3 weken intern in de geleidehondenschool, waarna een trainingsperiode in de woon-, werk- en/of schoolomgeving van de persoon volgt (post class). Sommige geleidehondenscholen leveren standaard of op vraag enkel blindengeleidehonden af in de thuisomgeving. Zij houden dus geen interne instructie. De trainingsperiode is dan wisselend. In een classperiode die meestal als erg intens ervaren wordt, leert de gebruiker zowel werken met een geleidehond maar ook omgaan met de hond als huishond, die hij in 90% van de gevallen ook is. Na deze class en post class kunnen gebruiker en geleidehond op pad, doch steeds regelmatig live opgevolgd door de instructeur.
Een goede match is onontbeerlijk voor het slagen van de combinatie geleidehond-baas. Niet alleen moet een instructeur inzicht hebben over honden en hen feilloos leren kennen; hij moet zich ook kunnen verplaatsen in de leef- en denkwereld van een (aspirant-)geleidehondgebruiker.
Lees verder