Verplichte DNA-afname en -afstammingscontrole rashonden

Een DNA-afstammingsbewijs is vanaf 1 juni 2014 verplicht voor iedere rashondenpup. Hiervoor wordt het DNA afgenomen van alle rashondenpups en hun ouders. Het DNA wordt bewaard voor onderzoek naar de gezondheid van de rashonden. Met dit bewijs hebben mensen die een pup willen kopen en rashondenfokkers het bewijs dat de ouders die zijn opgegeven, ook echt de ouders zijn. Daarnaast kan met het DNA-afstammingsbewijs gericht worden gewerkt aan de gezondheid van de rashonden.

Raad van beheer

Via de website van Raad van Beheer kan de rashondenfokker een DNA profiel aanvragen. Het DNA bij de pups wordt afgenomen door een buitendienstmedewerker van de Raad van Beheer. Dit gebeurt na het chippen door het nemen van een monster van het slijmvlies. Bij oudere honden kan het afnemen van de DNA ook gebeuren door een dierenarts. De identiteit van de hond wordt dan eerst gecontroleerd door het uitlezen van de microchip. De honden mogen voorafgaand aan de DNA afname geen voedsel krijgen.

In het bijzijn van de eigenaar, of fokker van de hond wordt het swap (uitstrijkje van het slijmvlies) gekoppeld aan de voor die hond geregistreerde chip, zodat verwisseling van het DNA niet mogelijk is. Eigenaar/fokker en de buitendienstmedewerker ondertekenen verder een verklaring welke in een gesloten envelop aan de controlerend laboratoria worden verzonden. Dit laboratorium tekent verder voor onbeschadigd ontvangst van de envelop.

Certificaat

Voor de pups wordt een DNA-profiel opgesteld in de vorm van een certificaat. Deze certificaten worden door de Raad van Beheer aan de fokker overhandigd. De fokker geeft deze vervolgens samen met de stamboom aan het nieuwe baasje van de rashond. Het certificaat en de stamboom geven aan dat de identiteit en de afstamming van de pup zijn gecontroleerd. De controle vindt alleen plaats bij pups waarvan de moeder na 1 juni 2014 is gedekt. Het DNA-profiel en de stamboom zijn in eigendom van de bij de Raad van Beheer geregistreerde eigenaar van de hond. Bij verkoop van de hond dient deze registratie en de eigendom dus over te gaan op de volgende eigenaar.

Geaccrediteerde laboratoria

De volgende laboratoria zijn geaccrediteerd om DNA onderzoeken bij ras-honden uit te voeren.

• Laborator agrogenomiky Brno, Tsjechië
• Certagen GmbH (onderdeel van Van Haeringen Group), Duitsland
• Institute of Veterinary Medicine, University of Göttingen, Duitsland
• Laboklin, Duitsland
• GeneControl GmbH, Duitsland
• Progenus, België
• Laboratoire Genindexe, Frankrijk

Een van de bovenstaande laboratoria kan mogelijk al eerder een ISAG 2006 DNA-profiel voor uw hond hebben vastgesteld. Het is mogelijk om dit profiel mee te sturen met de dekaangifte.

Doorfokken

Een van de redenen waarom het verplichte DNA-afname en afstammingscontrole is ingesteld, is om het doorfokken van honden te voorkomen. De gevolgen van het doorfokken van dieren zijn, ziekten en genetische afwijkingen. Dit is direct het gevolg van inteelt. Doordat de mens zorgt voor het voortbestaan van de hond, valt de natuurlijke selectie weg.

Welzijnsregels

Om met een moederhond pups te kunnen fokken, is de fokker aan bepaalde welzijnsregels gebonden. Zo zijn er voorschriften voor de minimale en maximale leeftijd van de rashond. Maar ook het aantal nesten met pups dat een moederhond per periode en totaal mag hebben is in deze voorschriften vastgesteld. Als de fokker deze voorschriften overtreedt, kan een sanctie worden opgelegd.