Klassieke hondensporten

Vroeger hadden honden een duidelijke taak in en rond het huis. De meeste rassen werden zelfs speciaal voor een bepaalde taak gefokt. Ze moesten de bewaking van het huis en haard verzorgen, ze trokken de kar van de melkboer, ze dreven de schapen bijeen of ze hadden andere taken. Tegenwoordig wordt een hond vooral gezien als huisgenoot en soms zelfs als gezinslid. Ze bewegen eigenlijk alleen tijdens hun wandelingen. Veel honden zijn vandaag de dag ook te dik. De oplossing? Hondensporten! Er zijn veel verschillende hondensporten en dat moet ook wel. Want niet iedere hond is geschikt voor elke sport. Zo is behendigheid een perfecte sport voor een Border Collie of een Briard, maar een Leonberger of een Teckel doe je er geen plezier mee. Een Leonberger is echter wel weer uiterst geschikt om gedrag en gehoorzaamheidscursussen mee te volgen, en een Teckel kan het heel goed doen in de jacht.

Een aantal bekende 'Klassieke' hondensporten zijn:

1. Gedrag en Gehoorzaamheid
2. De jacht
3. Speuren
4. Apporteren
5. Africhting

Gedrag en Gehoorzaamheid

Aan de basis van bijna alle hondensporten staat het opvoeden van je hond.
Wellicht ben je al bij een hondenschool aangesloten en heb je al een puppycursus of een A-cursus gedaan met uw jonge hond. Bij veel hondenscholen kunt u terecht om te trainen voor Gedrag en Gehoorzaamheids diploma's.
In principe kun je met iedere hond deelnemen aan gedrags en gehoorzaamheids trainingen. Denk hierbij wel aan de achtergrond van je hond. Een eigenzinnige terrier kan wellicht meer moeite hebben met het programma dan een hond die bekend staat om zijn enorme will-to-please, zoals de Mechelse herder.

De Jacht

De jacht is een hondensport die in Nederland en België nog veelvuldig wordt beoefend.

Welke honden zijn geschikt

Als je deel wilt nemen aan jachthondenproeven of veldwedstrijden moet je over een geschikt hondenras beschikken.
Geschikte hondenrassen zijn bijvoorbeeld; Retrievers, Duitse staande rassen en Drenthsche patrijshonden.
Behalve dat het soort hond belangrijk is, moet je ook kijken naar het karakter en de mogelijkheden van je hond.

Wat moet je hond kunnen

Gehoorzaamheid is waarschijnlijk het belangrijkste onderdeel van jachttraining. Tijdens de jacht mag de hond alleen jagen op aanwijzingen van de begeleider.
De meeste trainingen zijn gericht op honden die apporteren. Deze honden werken na het schot. Er zijn ook trainingen voor zweethonden (zoals de teckel) en de voor het schot werkende honden (zoals de Pointer).

Speuren

Vanuit de jacht was heel vroeger al bekend dat honden een zeer scherpe neus hebben, waarmee ze geuren kunnen ruiken die wij niet kunnen ruiken.
Dat kwam van pas om geschoten wild op te sporen, maar al snel kwamen we erachter dat de speurzin van de hond ook bruikbaar is om allerlei zaken en mensen op te sporen.
Speurhonden zijn specialisten. Zo kent de politie al zeven verschillende disciplines waar de honden speciaal voor worden opgeleid. Er zijn honden getraind om verdovende middelen op te speuren en andere zijn gespecialiseerd in speuren naar explosieven. De drenkelinghond is specifiek getraind om drenkelingen te lokaliseren, ook al deze onder water liggen.
Tegenwoordig zijn er ook relatief veel hondeneigenaren die met hun hond voor de ‘speurdiploma’ opgaan. Het is dan niet de bedoeling dat de hond getraind wordt om verkocht te worden aan de politie, maar vaak juist om de band tussen baas en hond te versterken. We zijn steeds meer hondenscholen die speurtrainingen geven.

Apporteren

Apporteren is van oorsprong een onderdeel van de jacht. Tegenwoordig is het een geheel eigen sport.
Apporteersport is een hondensport waarbij de wil om voor de baas te werken (will-to-please), het doorzettingsvermogen en de intelligentie van de hond en van de baas op de proef worden gesteld. Bij de apporteersport wordt er gebruik gemaakt van zowel houten als kunststoffen apporteerblokken en van dummy's. De dummy of het apporteerblok wordt 'het apport' genoemd.

Het apporteren is over het algemeen het moeilijkst om aan te leren. Als je hond al gewend is takken of ballen te halen, scheelt dat een stuk. Als je je hond wilt leren omgaan met het apport, kun je het volgende doen:
Ga met je hond naar een grasveld waar hij niet snel wordt afgeleid. Houdt het apport voor hem en ga hiermee bewegen over de grond. De hond zal u volgen. Als hij het apport wil pakken, gooi je het een stukje weg. De hond zal er achteraan rennen. Moedig hem aan het apport te pakken. Zelfs als hij het slechts een klein stukje meeneemt, beloon je hem uitbundig. Geef hem niet te snel een brokje of iets dergelijks, want dan zal hij het apport snel uit de bek gooien. Ga zo door en maak de afstand waarop je het apport weggooit, steeds groter. Mocht je hond het apport oppakken en er vervolgens mee vandoor gaan, maak hem dan vast aan een lange lijn. Hiermee voorkom je dat hij het apport voor zichzelf wilt houden. Als je hond het apport in de bek heeft genomen, roep je hem. Komt je hond, grijp dan niet gelijk naar het apport, maar beloon hem eerst omdat hij terug gekomen is. Als je meteen het apport pakt, zal de hond hem steeds eerder uit zijn bek gooien. Dus de hond eerst belonen en dan pas het apport oppakken.

Dummy's en apporteerblokken

Een dummy is een canvas zak in de kleur groen of oranje, gevuld met zaagsel. De standaard dummy moet een gewicht hebben van 500 gram. Bij de apporteersport mag ook gebruik worden gemaakt van houten of kunststoffen apporteerblokken. Deze moeten dan ook het gewicht van 500 gram hebben. Voor honden kleiner dan 45 cm moet de dummy tenminste 175 gram wegen.

Africhting

Africhting is tegelijk een sport en een levenswijze. Het is namelijk niet meer en zeker niet minder dan het opvoeden van je hond. Africhten gaat, net als opvoeden, niet vanzelf. Als je geen goede verstandshouding hebt met je hond, dan mis je al de basis om verder te gaan. Helaas denken sommige menden nog steeds dat africhten betekend: de hond zo scherp mogelijk te maken, soms zelfs vals. Anderen denken dat de hond vals wordt gemaakt wanneer de hond aan 'pakwerk' doet (verdediging). Dit is niet juist.
Een hond die goed is afgericht, is zelfverzekerd en door en door betrouwbaar. Het is een eerlijke werker die volledig trouw is aan zijn eigenaar.
Als je geen goede verstandshouding hebt met je hond, kun je beter niet aan africhting gaan doen. Dan moet je eerst werken om de band tussen jou en je hond te verbeteren. Je hond moet bereid zijn feilloos als je opdrachten uit te voeren op het moment dat dit nodig is.

Na het lezen van deze verschillende sporten, hoop ik dat je een weloverwogen beslissing kunt nemen over de sport die je samen met je viervoeter kunt gaan beoefenen!

Vervolg: Moderne Hondensporten (Flyball, outdoorsporten, breitensporten, reddingshonden, windhondrennen, slede honden en overige activiteiten met je hond)